Jonge Nieuw-Beijerlanders schrikken soms van Rotterdam
Dorpen onder de rook van de grote stad worden onkerkelijker, meldde woensdag het Sociaal en Cultureel Planbureau. Geldt dat ook voor plattelandsdorp Nieuw-Beijerland, vlak bij Rotterdam?
Grasmaaimachines trekken hun baantjes, het gevogelte fluit dat het een lieve lust is, bloesem spat van de takken. Een vrouw in stemmige rok keurt de planten voor een bloemenzaak. Nieuw-Beijerland viert de lente.
„Je kunt in dit dorp een stil en gerust leven leiden”, zegt Johan Matze, directeur van de School met de Bijbel, die zo’n 300 leerlingen telt. Om eraan te voegen: „Maar ook in Nieuw-Beijerland leven we buiten het paradijs en na de zondeval.”
Begrafenisstoet
In zekere zin is Rotterdam voor dorpelingen in de Hoeksche Waard „ver weg”, zegt Matze, ook SGP-fractievoorzitter in de gemeente Korendijk, waar Nieuw-Beijerland onder valt. „Er zit water tussen ons en Rotterdam.”
Toch oefent Rotterdam wel degelijk invloed uit op de plattelanders, merkt de schooldirecteur. Jongelui schrikken nogal eens als ze in aanraking komen met het rauwe straatleven in de Maasstad. Als ze bijvoorbeeld onderwijs gaan volgen op De Swaef of de Guido de Brès, locaties van het reformatorische Wartburg College. „De overgang van de betrekkelijke beslotenheid van Nieuw-Beijerland naar de grote stad is enorm. We leven hier niet onder een stolp, maar feit is wel dat kinderen in de Hoeksche Waard bijvoorbeeld nauwelijks mensen met een andere huidskleur tegenkomen.”
Matze merkt dat zijn tienerdochter, die ook reformatorisch onderwijs in Rotterdam volgt, soms ontdaan thuiskomt. „Ze vertelde me ooit: „Pápa! In Rotterdam rijdt het verkeer gewoon dóór als er een begrafenisstoet voorbijkomt!” In Nieuw-Beijerland is dat ondenkbaar. Daar stóp je voor een begrafenisstoet. Toen mijn dochter voor het eerst op het Rotterdamse Zuidplein kwam, waar een groot winkelcentrum is, groette ze anderen. Ze was verbaasd dat die niets terugzeiden.”
De confrontatie met het multiculturele stadsleven leidt bij jongeren tot indringende vragen. „Ik krijg opmerkingen als: Papa, waarom hebben moslims geen gelijk? Dat zijn toch ook slimme mensen? Wat is waarheid?”
Buurvrouw
Broodnodig is om kinderen van jongs af aan toe te rusten, benadrukt Matze. Bijvoorbeeld op het terrein van seksualiteit of drank- en drugsgebruik. „In groep 7 en 8 worden onze scholieren uitgebreid gewaarschuwd voor drugs. Reken maar dat drugsdealers in de buurt van de reformatorische scholen in Rotterdam denken: We zullen die groentjes uit de Hoeksche Waard even ontgroenen.”
Bij de School met de Bijbel heeft Andries van der Grond (28) zijn zoontje op zijn arm. Als vertegenwoordiger vertoeft hij geregeld in grote steden. Al te beducht voor kwalijke stadsinvloeden is hij niet. De jongeman prijst zich gelukkig met de gemeenschapszin in Nieuw-Beijerland. „Als onze buurvrouw hulp nodig heeft, bezoeken we haar. Mijn collega’s uit de grote stad weten niet eens hoe hun buren heten.”
Mariëlle Samallo (28), moeder van drie kinderen, merkt dat „een beschermd dorp” als Nieuw-Beijerland verwereldlijkt. „Mensen leven moderner. Dat komt ook door het veranderde mediagebruik. Op je iPad kun je van alles bekijken.”
Motorrijders
Nog altijd stempelt het kerkelijk leven het 4000 inwoners tellende Nieuw-Beijerland. Zondags is het er stil. Als je op de dijk voorbijscheurende motorrijders niet meerekent.
Het dorp aan het Spui telt vier kerken van behoudende signatuur. De gereformeerde gemeente (ongeveer 800 leden), de oud gereformeerde gemeente (250), de hervormde gemeente (200) en de hersteld hervormde gemeente (150).
„Jong en oud bezoekt op zondag trouw de kerkdiensten”, zegt ds. A. Vermeij in de pastorie naast de gloednieuwe kerk van de gereformeerde gemeente aan de rand van het dorp. Hij staat tien jaar in Nieuw-Beijerland.
Ook ds. Vermeij merkt dat kerkelijke plattelandsjongeren in Rotterdam soms niet weten wat ze meemaken. „Een jongere vertelde me verbaasd dat een stel bij een bushalte in Rotterdam voor het oog van omstanders stevig stond te vrijen. Nu geven stelletjes in de Hoeksche Waard elkaar op straat ook weleens een hand of een kusje, maar toch is de sfeer hier zó anders.”
De wereld heeft vat op reformatorische jongeren, zegt de predikant, die deze week een beroep naar Oosterend, op Texel, aannam. „Jongelui komen, onder meer in Rotterdam, op plaatsen waar ze niet horen. De bioscoop, de disco, het Feyenoordstadion.”
Een grote stad in de buurt of niet, ten diepste heeft ieder mens „hetzelfde hart”, benadrukt ds. Vermeij, die eerder in Elspeet stond. „Ook het hart van een Veluwenaar gaat van nature uit naar bijvoorbeeld het materialisme.”
Echtscheiding
„Wat veertig jaar geleden als normaal gold in Rotterdam, is dat nu haast ook in Nieuw-Beijerland”, zegt een hersteld hervormde dorpeling, die niet met zijn naam in de krant wil.
Zorgelijk vindt de Nieuw-Beijerlander dat op het kerkelijk platteland steeds meer echtparen scheiden. „Vroeger bleef een stel met huwelijksproblemen bij elkaar, wat zouden de buren anders zeggen? Nu verbreken paren veel sneller een relatie.
Ik weet van een vroegere predikant uit het buurdorp Oud-Beijerland die zo overstuur was vanwege echtscheidingen in zijn omgeving, dat hij op een zondag niet kon preken. Ik moet nogal eens denken aan het tientallen jaren geleden verschenen boek ”Het lege testament”, over kerkverlating onder jongeren uit de Gereformeerde Kerken. Ik vrees weleens dat we in reformatorische kring ook slechts een lege huls overhouden.”
„Dorp bij stad minder kerks”
De ontkerkelijking op het platteland heeft zich de afgelopen jaren vooral voorgedaan in dorpen onder de rook van steden. Dat stelt het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in het vandaag verschenen rapport ”Dorpsleven tussen stad en land”. Zo daalde in de kleine dorpen bij de stad het aandeel dorpsbewoners dat minstens maandelijks naar de kerk gaat van een op de drie rond de millenniumwisseling, naar een op de vijf rond 2010. In kleine, afgelegen dorpen is het aandeel inwoners dat regelmatig de kerk of een ander gebedshuis bezoekt het grootst. Op deze pagina een reportage vanuit het kerkelijke plattelandsdorp Nieuw-Beijerland in de Hoeksche Waard, niet ver van Rotterdam.