De peiling onder artsen liet volgens KNMG-voorzitter Héman zien dat 60 procent van de artsen een nieuwe stervenswet afwijst. Een kwart is voor.

Uiteindelijk typeerde de artsenfederatie een nieuwe wet als onwenselijk uit vrees dat de komst ervan de bestaande euthanasiewet zal uithollen. „Patiënten met een doodswens kiezen straks de weg van de minste weerstand. Wanneer ze niet voldoen aan de criteria van de euthanasiewet zullen ze een beroep doen op de stervenswet, in de hoop daar makkelijker af te zijn”, verwacht de KNMG. Dat roept de vraag op of de nieuwe wet straks nog voldoende waarborgen biedt om patiënt en arts te beschermen tegen druk van buitenaf.

Een ontwerp voor een nieuwe wet, opgesteld door D66-Kamerlid Dijkstra, ligt al klaar. Doel ervan is hulp bij zelfdoding mogelijk te maken voor mensen met een duurzame en weloverwogen doodswens bij wie nog geen medische aandoening is vastgesteld. De uitvoerbaarheid van de wet komt door de afwerende houding van de KNMG niet meteen in het geding. De belangrijkste taak, het voeren van gesprekken en het aanreiken van een zelfdodingspil, moet volgens het wetsvoorstel namelijk worden uitgevoerd door een nieuw op te richten beroepsgroep van levenseindebegeleiders, bestaande uit bijvoorbeeld gz- psychologen, verpleegkundigen en geestelijk raadslieden.

Ook tegen die constructie heeft de KNMG bezwaar. Speciale begeleiders benaderen stervensverzoeken vanuit een „tunnelvisie”, vrezen de artsen. Een door ouderen ervaren gevoel van zinloosheid is volgens de artsenfederatie echter een maatschappelijk probleem dat niet om een snelle oplossing, maar om een brede, maatschappelijke aanpak vraagt.

De KNMG is er bovendien niet gerust op dat artsen buiten de voltooidlevenprocedure zullen blijven, mocht de wet er komen. „Moeten we straks gezondheidsverklaringen afgeven voor mensen die met een stervenshulpverlener in zee willen? Iemands wilsbekwaamheid toetsen, middelen verstrekken? En wat is de rol van de arts als de levensbeëindiging niet verloopt zoals bedoeld?” aldus Héman woensdag.

Formatie

Als het aan D66 ligt, blijft de stervenswet buiten het regeerakkoord en besluiten de coalitie- en oppositiepartijen de komende kabinetsperiode gezamenlijk of Dijkstra’s initiatiefwet er komt.

Mocht de ChristenUnie in een later stadium aanschuiven aan de onderhandelingstafel, dan zal de partij eisen dat de wet voorlopig van tafel gaat, zo heeft CU-partijleider Segers meerdere keren gezegd.

Héman bevestigde woensdag dat de KNMG haar standpunt bewust naar buiten bracht rond de start van de formatie. „We vinden dit een goed moment om onze zorg kenbaar te maken aan de woordvoerders in de Tweede Kamer en de onderhandelaars voor een nieuw kabinet.”