Dat zei verantwoordelijk staatssecretaris Martijn van Dam dinsdag in de Tweede Kamer. Hij sluit niet uit dat hij het ophangen van camera’s juridisch gaat afdwingen. Hij hoopt echter dat de bedrijven het vrijwillig doen, en wijst daarbij op de huidige maatschappelijke druk.

Hij gaat snel met de sector overleggen. „Ik kan het juridisch regelen, maar het is voor iedereen makkelijker als het vrijwillig gebeurt”, aldus de PvdA-bewindsman. Volgens hem heeft een verplichting juridisch „behoorlijk wat haken en ogen.”

Van Dam reageerde op kritische vragen van Kamerlid Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren. Zij verwees naar de gruwelijke misstanden in een slachthuis in het Vlaamse Tielt, die onlangs via beelden van een verborgen camera naar buiten kwamen. Ouwehand benadrukte de noodzaak van cameratoezicht.

Van de acht slachthuizen in Nederland die varkens slachten, hebben er twee camera’s geïnstalleerd voor intern toezicht. Ze zijn tot nu toe niet bereid om de beelden aan de NVWA ter beschikking te stellen, aldus Van Dam. Hij hoopt dat de bedrijven, nadat overleg in het verleden niets opleverde, nu van inzicht veranderen. Ze kunnen zo „laten zien dat men in Nederlandse slachthuizen niks te verbergen heeft.”