Nederland krijgt er op Boomfeestdag weer 200.000 bomen bij
In het hele land vieren kinderen woensdag het zestigjarig bestaan van de Nationale Boomfeestdag. De oude traditie van jonge bomen planten is nog springlevend.
Het was een noodkreet, niets meer en niets minder. De Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) van de VN maakte zich halverwege de vorige eeuw ernstig zorgen om de snel toenemende ontbossing in de wereld. De VN namen daarom in 1954 een resolutie aan waarin de oproep aan alle landen stond om een jaarlijks terugkerend boomfestival te houden.
Het duurde even voordat de boodschap landde. In 1956 reageerde Nederland als eerste niet-Amerikaanse staat op de aansporing. Op initiatief van prof. Houtzager, hoogleraar in de houtteelt, werd het Nationaal Comité Boomplantdag opgericht. Dit comité organiseerde op 10 april 1957 de eerste boomplantdag, in Apeldoorn. Daaraan deden 1600 kinderen mee.
Prins Claus
Het bleek de start van een traditie. In de loop der jaren werd de boomfeestdag, zoals we de dag sinds 1980 noemen, groter en groter. Tegenwoordig planten elk jaar ongeveer 115.000 Nederlandse kinderen met elkaar 200.000 bomen en struiken.
In zestig jaar tijd zijn er 11 miljoen exemplaren geplant, goed voor ongeveer 4500 voetbalvelden. Ook het Koninklijk Huis staat regelmatig stil bij deze dag. Prins Claus plantte in 1972 de miljoenste boom. Koningin Beatrix was diverse keren aanwezig bij de viering van de boomfeestdag en maakte zich daarnaast sterk voor vieringen op Aruba, Bonaire en Curaçao.
Woensdag is het weer zover. Van ’t Zandt tot Leusden en van Kampen tot Vlissingen gaan basisschoolkinderen vanaf groep 6 naar buiten om de natuur te verrijken. Bij de Stichting Nationale Boomfeestdag zijn enkele honderden locaties aangemeld. De organisatie streeft ernaar om binnen enkele jaren alle gemeenten mee te laten doen. Het thema van dit jaar is ”Bomen verbinden”. Volgens de organisatie ,een knipoog naar meer aandacht voor de natuur in Europees verband, als vervolg op de klimaattop in Parijs van afgelopen november.”
De officiële viering is woensdag in Maastricht. Hier geven kinderen het startsein voor De Groene Loper: een parkachtig dak van de tunnelbak over de A2.
Nooit vergeten
Voorzitter van de Nationale Boomfeestdag is Albert Verlinde. Over het nut van de dag zegt hij: „Het planten van een eigen boom is een belevenis die kinderen nooit vergeten. Tijdens de boomfeestdag worden ze even onderdeel van het groenbeleid in hun gemeente. En door hieraan mee te doen, zetten ook scholen natuurbehoud op hun agenda.”
Normaal gesproken is de Nationale Boomfeestdag op de derde woensdag van maart. Vanwege de Tweede Kamerverkiezingen is de dag deze keer een weekje doorgeschoven.
Sinds 1990 organiseert de stichting Nationale Boomfeestdag op diverse plaatsen ook de aanplant van zogeheten geboortebossen. Liefhebbers kunnen hier een boom planten voor pasgeborenen. Deze bossen liggen bij Schijndel, Tilburg, Winschoten, Ugchelen, Utrecht en Mierlo.