Terwijl rebellen en regering elkaar onregelmatig aan de onderhandelingstafel ontmoeten, moet president Assad toezien hoe zijn tegenstanders tot in de hoofdstad gewapend actief zijn. Om de rebellen daar te verdrijven werd de afgelopen dagen letterlijk zwaar geschut ingezet. Bovendien verschenen gevechtsvliegtuigen boven de stad die volgens het Syrian Observatorium for Human Rights wel vijfhonderd vluchten uitvoerden.

In de districten Jobar en al-Qaboun vonden aanzienlijke vernielingen plaats door het gebruik van mortieren. Over het verlies van mensenlevens werd aan beide zijden niets meegedeeld.

President Assad is inmiddels anderhalf jaar doende om met hulp van Russen, Iraniërs en sjiitische milities de rebellen te verdrijven. Hoewel de laatste tijd successen zijn geboekt, weten de rebellen op verscheidene plekken stand te houden.