Eerste kievitsei gevonden
In de gemeente Ronde Venen in de provincie Utrecht is donderdag het eerste kievitsei van dit jaar gevonden.
De vondst werd om 12.00 uur bij LandschappenNL gemeld. Het ei is gecontroleerd en er is vastgesteld dat het een vers ei is. LandschappenNL kijkt samen met Vogelbescherming Nederland, Sovon Vogelonderzoek Nederland en Vogeltrekstation wat het effect is van maatregelen om de teruggang van het aantal kievieten te stoppen.
De vinder van het eerste kievitsei is Flip ter Heide, vrijwilliger uit Vinkeveen. Hij vond het op een maïsperceel.
Met het vinden van dit kievitsei is het weidevogelseizoen 2017 begonnen. Duizenden vrijwilligers van de provinciale landschapsbeheerstichtingen (4500), de Bond van Friese Vogelwachten (5000) en de weidevogelcommissie Vanellus vanellus van Stichting Beheer Natuur en Landelijk Gebied (200) trekken vanaf nu tot half juni het land in om nesten te zoeken en te beschermen tegen vernieling door landbouwwerkzaamheden.
Elk jaar broeden circa 200.000 kievitparen in Nederland. Dat is 25 procent van de Europese populatie. Daarmee is Nederland erg belangrijk voor de kievit.
Onderzoek wijst uit dat het aantal broedparen afneemt met 5 procent per jaar. Een belangrijke oorzaak is de intensivering van de landbouw. Op grasland lopen twee tot vijf van de tien nesten risico als gevolg van landbouwactiviteiten zoals bemesten of maaien. Op akkerland zijn bijna alle nesten in gevaar door werkzaamheden als ploegen, eggen, inzaaien of mechanische onkruidbestrijding in het voorjaar.
Bescherming van nesten is daarom hard nodig, vindt LandschappenNL. Daarna is het van belang om grasland te creëren waar de kuikens van weidevogels veilig naar voedsel kunnen zoeken, zodat ze de kans krijgen vliegvlug te worden. Dat kan kruidenrijk grasland zijn, maar ook bouwland met braakstroken, aldus de landschapsorganisatie.