Miljoenen kippen en eieren vonden hun weg over Kippenlijn
”Kippenlijn” was de bijnaam van de vroegere spoorlijn tussen Barneveld en Ede. Niet alleen omdat er in de omgeving veel pluimveehouderijen waren. „Over dit spoor zijn ook miljoenen eieren en kippen vervoerd voor de grote steden of voor de export.”
Over de geschiedenis van de lijn en vooral over de economische betekenis ervan voor de pluimveehouderij in de regio heeft Gerjan Crebolder een expositie ingericht in het Nederlands Pluimveemuseum in Barneveld. Deze is tot december te zien. Oude foto’s tonen onder meer dat de firma G. Bekebrede en Zonen vanuit Barneveld gevogelte per trein exporteerde.
„Daar is een mooie anekdote aan verbonden”, vertelt Crebolder, oud-archivaris van de gemeente Barneveld. „Bekebrede had een slachterij, maar mestte ook pluimvee voor de export. De kippen gingen levend naar onder andere Italië. In de wagons reisde personeel mee om de kippen onderweg van voer en water te voorzien. Van Bekebrede moesten zijn medewerkers meteen terugreizen met een gewone passagierstrein. Die kerels stonken een uur in de wind. Er wilde nooit iemand bij hen in de coupé zitten.”
Speciale tarieven
Zeker dertig jaar is er in de negentiende eeuw gesproken over een spoortraject dat de Nederrijn zou verbinden met de toenmalige Zuiderzee, tussen Wageningen en de haven van Nijkerk. Vanaf 1903 reden er treinen van Ede naar Nijkerk vice versa.
In 1937 werd het weinig rendabele baanvak tussen Nijkerk en de spoorlijn Amersfoort-Apeldoorn opgeheven. Voornaamste oorzaak was de economische malaise in de jaren dertig. Barneveld en Ede kregen een directe spoorverbinding met Amersfoort, tegenwoordig bekend als de Valleilijn.
„Machinisten en conducteurs van de Nederlandse Spoorwegen spraken onderling ook over de Kippenlijn. Die bijnaam is mogelijk mede in de hand gewerkt door de Nederlandsche Centraal Spoorweg Maatschappij (NCS), die de lijn tussen 1903 en 1919 exploiteerde”, veronderstelt Crebolder. „De NCS hanteerde op marktdagen speciale tarieven zodat boeren goedkoper naar Barneveld konden om er eieren en zelfgemaakte boter te verkopen.”
Naast de stations waren er halteplaatsen –Meulunteren bij Lunteren, Dusschoten bij Voorthuizen en Driedorp en Appel tussen Voorthuizen en Nijkerk– waar de treinen op verzoek stopten.
Argentinië
Over de Kippenlijn zijn miljoenen eieren en kippen getransporteerd, aldus Crebolder. „Zo brachten pluimveehouders hun eieren met vrachtwagens naar het station in Barneveld, waar het internationale expeditiebedrijf Hentzen uit Rotterdam ze overnam. In de havens van Rotterdam en Amsterdam lagen koelschepen die uit Argentinië rundvlees hadden aangevoerd en op de terugweg de eieren meenamen. In Argentinië werden Barneveldse eieren gegeten.”
De landbouwcoöperaties in Barneveld en Lunteren waren vlak aan het spoor gevestigd. Ze kregen grondstoffen per trein aangevoerd. Dat gold aanvankelijk, tot de opheffing van het baanvak Barneveld-Nijkerk, ook voor de coöperatie in Voorthuizen. In Barneveld was er een aftakking naar een particuliere meelfabriek. De veevoederfabriek van coöperatie AgruniekRijnvallei in Barneveld, nabij het station Barneveld-Centrum, krijgt nog steeds aanvoer via het spoor.
Crebolder betreurt het dat het oude station in Barneveld veertig jaar geleden is gesloopt. „Er was toentertijd geen huurder voor het gebouw te vinden.” Het oude station van Lunteren bleef wel behouden. Daarin was jarenlang een galerie gevestigd onder de naam ”Aan de Kippenlijn”.