Kerk & religie

Expositie Woudenberg toont geschiedenis van doopjurken

Doopjurken verschoten in de loop der eeuwen van kleur. Aanvankelijk waren ze rood, paars, blauw of, bij de adel: zwart. Achttien exemplaren op een expositie in het Woudenbergse Cultuurhuis laten zien dat witte of crèmekleurige jurken de laatste decennia de norm zijn.

Jan van Reenen
23 February 2017 18:11Gewijzigd op 16 November 2020 09:52
Bezoekers bij de expositie van doopjurken in het Cultuurhuis in Woudenberg. beeld André Dorst
Bezoekers bij de expositie van doopjurken in het Cultuurhuis in Woudenberg. beeld André Dorst

De witte kleding wijst op de geestelijke betekenis van de doop, legt Annie Robbertsen-Moesbergen uit: het gewassen worden in het bloed van het Lam. Robbertsen is bestuurslid van de stichting Oud Woudenberg en samensteller van de tijdelijke tentoonstelling. Die bestaat uit doopjurken die gedragen zijn in Woudenberg en omgeving.

Vanaf de achttiende eeuw werd het gebruikelijk dat de baby voor de doop speciale kleding kreeg. Zo oud is de oudste tentoongestelde doopjurk niet: die dateert uit 1890. De lange witte katoenen jurk met fijn borduurwerk werd voor het eerst gedragen door Cornelisz Pieter Versteegh, die in 1892 in Leersum werd geboren. Daarna zijn alle negen andere kinderen uit het gezin Versteegh hierin gedoopt, evenals diverse nazaten uit deze familie. Het erfstuk is nu in bezit van Louis Jansen uit Woudenberg.

De Beaufort

De meest opvallende doopjurken zijn die van de familie De Beaufort, een adellijke familie die veel heeft betekend voor de Woudenbergse gemeenschap. Een telg uit dit geslacht, Johannes Bernardus de Beaufort, was van 1872 tot en met 1905 burgemeester van de Utrechtse gemeente.

Een van de twee doopjurken is gemaakt van crèmekleurig satijn met een ragfijne strook kant aan de onderzijde. „Het kind lag op het kussen”, vertelt Robbertsen. „Dat vond men deftig. Het gebeurde ook bij de doop van kinderen van de koninklijke familie.”

Op een andere doopjurk, die van de familie Balk, zijn met een zilveren borduurlint de namen van degenen die gedoopt zijn, geborduurd, acht in totaal. Er staat onder andere ”Ingrid Hermina 29-8-1969” en ”Joleen Bernadette 3-11-2002”.

De 90-jarige Riek de Kruif- Vlastuin breide 65 jaar geleden een doopjurk waarin inmiddels niet alleen haar kinderen, maar ook haar klein- en achterkleinkinderen gedoopt zijn. Er hangen twee linten bij, een roze en een lichtblauw exemplaar. Het eerste werd aan de doopjurk bevestigd als er een meisje gedoopt werd, het lichtblauwe lint deed dienst als het om een jongetje ging.

Een trouwjurk werd soms later voor een ander doel gebruikt. Aukje Veltman, die in 1965 trouwde, maakte van haar trouwjurk een doopjurk. Daarin zijn verschillende van haar kinderen gedoopt.

Doopmuts

De doopjurk waarin Leni Moesbergen op 5 september 1943 werd gedoopt, bestaat niet alleen uit een jurk. Er hoort ook een doopmuts bij. Deze werd alleen door meisjes gedragen. Leni werd in de jurk gedoopt door ds. J. Pannebakker (1879-1949), destijds hervormd predikant in Amersfoort. In dezelfde jurk zijn ook Gerrit, Meep en Marja gedoopt. Foto’s tonen de kinderen in de jurk.

Volgens samensteller Robbertsen worden tegenwoordig de meeste kinderen in protestantse kerken in een doopjurk gedoopt. Sommige jongetjes ontvangen het sacrament in een dooppakje.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer