Residentiepauzedienst (Roelof Bisschop): Vreugde is geworteld in de ziel
In de Waalse kerk in Den Haag wordt iedere derde dinsdag van de maand een residentiepauzedienst gehouden. Een predikant spreekt een meditatie uit, waarna een politicus van een van de christelijke partijen een toespraak houdt. Dinsdag sprak Roelof Bisschop (SGP).
In 1955 publiceerde de bekende Britse apologeet C. S. Lewis (1898-1963) een soort autobiografie van de eerste helft van zijn leven. Die gaf hij de titel mee ”Surprised by Joy” (Verrast door vreugde). Hij beschrijft hierin hoe hij als atheïst via het theïsme overtuigd christen werd. Een weg die hij mocht begaan als jonge dertiger. Veelzeggend is dat Lewis het laatste hoofdstuk, waarin hij zijn bekering tot het christelijke geloof beschrijft, de titel ”Het begin”’meegeeft.
Vreugde of blijdschap is iets anders dan geluk, plezier of oppervlakkige vrolijkheid. De ware aard van vreugde of blijdschap gaat veel dieper. Het is wél een vaste zekerheid, maar geen statisch gegeven, geen onbestreden bezit. Ware blijdschap draagt altijd iets in zich van heimwee – naar iets uit het verleden, dat een kostbare herinnering is geworden. Een hunkerend verlangen en uitzien naar iets schoners. Het is diep in de ziel geworteld. Lewis kan er eigenlijk geen woorden voor vinden, maar iedereen die deze vreugde of blijdschap ervaart, herkent het.
Maar hoe is dat mogelijk: leven in blijdschap en vreugde te midden van een wereld verloren in zonde en schuld? Als het nieuws je confronteert met de ellende van oorlogen, met het misbruik van vluchtelingen voor eigen gewin, met de erbarmelijke omstandigheden waarin zij verkeren, met de verschrikkingen van honger? Hoe kun je nu blijdschap ervaren als je ziet hoeveel kerken in ons land leeglopen? Hoe kun je blijdschap ervaren als je een kind of andere geliefde moet verliezen? Of je huwelijk stukloopt? Als je gezondheid breekt door een ongeneselijke ziekte?
Het zijn situaties waar we dagelijks mee te maken hebben, mee worstelen soms. En het zijn terechte vragen. Ook veel heiligen hebben die vaak gesteld, uitgeroepen zelfs. De Bijbel is daar heel eerlijk over. Maar de Bijbel maakt ons ook duidelijk dat al deze zorgen, moeilijkheden en twijfels slechts de oppervlakte van ons bestaan raken. Hoezeer die ook impact hebben op ons leven en geloof.
Het Woord van God laat ons zien dat er een voortdurende geestelijke strijd gaande is. Die strijd begon met de zondeval in het paradijs en zal duren tot de wederkomst van Christus. In die tussentijd leven wij, en moeten wij als christen gewillig onze taak op ons nemen. Ieder op de plaats die ons is toegewezen; kerkelijk, maatschappelijk of politiek. Persoonlijk of samen met onze broeders en zusters.
Maar in die strijd hoeven wij niet meer te winnen, want de overwinning is al behaald – door Jezus Christus. Hij overwon dood en graf, hel en duivel. Wij hebben slechts te doen wat onze hand vindt om te doen, ook in de verkiezingstijd, maar het resultaat hangt niet af van onze inspanningen of prestaties. We mogen vérder zien dan ons tijdelijke bestaan.
Dat perspectief heeft ook een kosmische dimensie: Zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal hebben (naar Joh. 3:16). Wij mogen ons vertrouwen stellen op God. Het loopt Hem niet uit de hand. Die zekerheid is de grondtoon van de ware blijdschap.
Verblijdt u te allen tijd: dat is geen plicht, maar een gave, een aansporing om die blijdschap niet uit het oog te verliezen door allerlei beslommeringen of bekommernissen.
Het koninkrijk van satan, de voorlopige heerser van deze wereld, kent geen vreugde of blijdschap, maar slechts verdriet, somberheid, ellende en uitzichtloosheid. Soms gemaskeerd door oppervlakkig geluk, plezier of vrolijkheid. Daartegenover staat het Koninkrijk van Jezus Christus, met zijn ware, diepe vreugde, zijn blijdschap en zijn perspectief op dé toekomst. Lewis was verrast door vreugde, en sloot zijn boek veelbetekenend af met het hoofdstuk ”Het begin”. Ik hoop dat ook wij, terwijl wij de taak verrichten die de goede God ons in dit leven opgelegd heeft, dát begin mogen kennen en met hunkerend verlangen mogen uitzien naar Zijn wederkomst. Maranatha, kom, Heere Jezus, kom!
De auteur is Kamerlid voor de SGP.