Bede „Uw wil geschiede” doet ons hopen tot de grote dag
Het is een onvoorstelbaar groot voorrecht dat Jezus ons leert bidden dat iets van Gods wil op deze gebroken aarde zichtbaar mag worden.
Het is een onvoorstelbaar groot voorrecht dat Jezus ons leert bidden dat iets van Gods wil op deze gebroken aarde zichtbaar mag worden.
Het geloof, het gebed en het getuigenis vóór de overheid houden een volk in stand.
„Uw naam worde geheiligd” betekent een taak voor iedereen die dat bidt om naar beste vermogen in woord en vooral daad daaraan invulling te geven. Een publieke functie biedt daarvoor slechts weinig bijzondere mogelijkheden maar vooral bijzondere valkuilen.
De heilsstaat wordt in deze wereld niet bereikt. Wel hebben wij de Bijbelse opdracht om het goede te doen en om recht te doen. Samen moeten we onze verantwoordelijkheid voor een gebroken wereld nemen. Verantwoordelijkheid is het antwoord op onverschilligheid
Als onze hoop op God gevestigd is, hebben we vaste grond onder de voeten. Dan hebben we ook hoop voor de samenleving, juist als die op allerlei fronten afwijkt van wat Gods Woord ons voorhoudt.
De barmhartige Samaritaan biedt een schoolvoorbeeld van zorg dat tweeduizend jaar na dato nog altijd actueel is: een systeem kan relaties nooit vervangen.
Zonder Bijbels licht over goed en kwaad raakt een volk losgeslagen. Wie alleen omlaag kijkt, komt in het duister. Het licht komt van Boven.
De vluchteling, die in zijn levensfase van onvolkomenheid op zoek is naar geborgenheid en een thuis, is een mens zoals wij. We zijn geroepen om als rentmeesters onze gaven aan te wenden, juist voor de meest kwetsbaren.
Het zijn onbestemde tijden, waarin de samenleving een extra beroep op ons doet. Om naar elkaar om te zien en om als gezegende mensen de zegen van God en ”het goede nieuws” door te geven.
Een politiek van cynisme grijpt aan bij het wantrouwen en onbehagen in de samenleving, maar lost niets op. Een politiek van hoop kiest als
aangrijpingspunt de kiemen van verandering in de maatschappij.