Kerk & religie

„Nederlandse kerken aanvankelijk positief over apartheid”

Nederlandse kerken dachten aanvankelijk redelijk positief over het apartheidsbeleid van de blanke Zuid-Afrikaanse regering. Vanaf het bloedbad in Sharpeville, in 1960, begon het beeld te kantelen, aldus Barbara Henkes.

10 February 2017 16:09Gewijzigd op 16 November 2020 09:47
De Nederduits Gereformeerde Kerk in Potchefstroom. De NG-kerk steunde de Apartheidspolitiek. beeld RD
De Nederduits Gereformeerde Kerk in Potchefstroom. De NG-kerk steunde de Apartheidspolitiek. beeld RD

In Sharpeville, een uur rijden ten zuiden van Johannesburg, werd een protest van de zwarte bevolking tegen de apartheidswetten bloedig neergeslagen. Er vielen 69 doden. Dat viel niet uit te leggen aan de wereld. De Zuid-Afrikaanse premier Verwoerd kreeg felle kritiek, het land raakte in isolement.

Ook Nederlandse kerken begonnen zich af te vragen of de vaak onvoorwaardelijke steun aan het Zuid-Afrikaanse „broedervolk” terecht was, zegt Henkes, universitair docent geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zij was vrijdagmiddag op de Vrije Universiteit Amsterdam een van de inleiders bij de presentatie van de bundel ”Maar we wisten ons door de Heer geroepen – Kerk en apartheid in transnationaal perspectief” (uitg. Verloren, Hilversum).

Vanaf het moment dat de regering-Malan in 1948 aantrad, kreeg de politiek van rassenscheiding in Zuid-Afrika steeds scherper vorm. Wettelijke maatregelen die de zwarte Afrikanen marginaliseerden en uitsloten van de samenleving werden ingevoerd. De apartheid was een feit. Henkes: „In 1948 werd er op de overwinning van Malan in de Nederlandse pers kritisch gereageerd, behalve in protestants-christelijke media, zoals het dagblad Trouw.”

Toen in de jaren 50 Nederlandse immigranten naar Zuid-Afrika begonnen te trekken, werd de Nederlandse houding tegenover het land positiever. Die benadering ging gepaard met het benadrukken van stamverwantschap, legt Henkes uit. „Dat omschrijven wij in de bundel als „de constructie van een gedeelde oorsprongsmythe op basis van een overeenkomstige taal, het gereformeerde geloof en niet in de laatste plaats het ‘Germaanse’ ras.””

Toch klonk er ook in die tijd al kritiek. Henkes: „De socialistisch geëngageerde dominee Jan Buskes liep voorop met zijn boek ”Zuid-Afrika’s apartheidsbeleid: Onaanvaardbaar!” in 1955. Voor de meeste Nederlanders kwam de omslag pas na het bloedbad in Sharpeville. Toen duurde het nog tot ver in de jaren 70 voordat de protestantse kerken zich achter het antiracismefonds van de Wereldraad van Kerken zou scharen. En in bijvoorbeeld de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt duurde het nog weer langer voor er enige vorm van kritiek klonk.”

Volgens Henkes werd het apartheidsbeleid niet gefundeerd in de theologie, maar werden bepaalde theologische ideeën en benaderingen wel gevormd naar het idee van een blanke, christelijke superioriteit. „Dan is natuurlijk de volgende vraag: waar kwam dat idee vandaan? Ik vrees dat dat veel te maken had met ongelijke machtsverhoudingen ten tijde van de eerste ontmoetingen tussen koloniale nieuwkomers en de autochtone bevolking, waardoor koloniale machten ervan overtuigd raakten dat zij beschaving brachten.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer