Dat blijkt uit een brief die vakcentrales FNV, CNV en MHP en werkgeversorganisaties MKB-Nederland en LTO Nederland vrijdag naar het kabinet hebben gestuurd.

Op dit moment hebben werknemers recht op een belastingvrije pensioenopbouw van maximaal 2,25 procent. De vijf organisaties willen dit verhogen naar 2,5 procent. Op die manier kunnen werknemers sneller hun pensioen bij elkaar sparen. Het geld dat zij daarna extra opzij leggen, kan gebruikt worden om eerder te stoppen met werken. Bronnen rond het kabinet waarschuwen dat de verruiming de schatkist honderden miljoenen extra zal kosten, waarvoor de financiering in het plan ontbreekt.

Volgens C. Driessen, hoofd van de afdeling arbeid bij de FNV, kunnen werknemers met de verruiming tussen drie en twaalf maanden eerder met pensioen. Overigens zal de gemiddelde werknemer de extra opbouw hard nodig hebben om genoeg te kunnen sparen voor het pensioen na zijn 65e, zegt hij. FNV, CNV, MHP, MKB-Nederland en LTO Nederland willen met de verruiming vooral mensen met zware beroepen tegemoetkomen, aldus coördinator sociaal beleid A. van Delft van MKB-Nederland.

De vijf sociale partners doen hun voorstel in het moeizame overleg met het kabinet over de nieuwe opzet van prepensioen en verlof van werk. Het kabinet dreigt het prepensioen, waarmee werknemers belastingvrij geld kunnen sparen om voor hun 65e te stoppen met werken, af te schaffen. Omdat vakbonden en werkgevers niet volledig op één lijn zitten -werkgeversorganisatie VNO-NCW is het niet met de vijf eens- heeft het kabinet besloten zijn eigen lijn te volgen.

FNV, CNV, MHP, MKB-Nederland en LTO Nederland willen uiteindelijk bereiken dat werknemers met de prepensioenregeling drie jaar eerder kunnen stoppen met werken. Eerder heeft het ministerie van Sociale Zaken gezegd dat dat niet bijdraagt aan de doelstelling om mensen langer te laten doorwerken.

Daarnaast willen de vijf partijen dat mensen 1,5 jaar eerder kunnen uittreden door het opgespaarde verlof uit de zogeheten levensloopregeling in te zetten. Zij stellen daarbij een minder ruime regeling voor dan het kabinet.