Syrië koopt weer veel pootaardappelen
Ondanks het oorlogsgeweld is Syrië dit seizoen een van de belangrijkste kopers van Nederlandse pootaardappelen. De uitvoer naar het land steeg tot eind december met 56 procent naar bijna 19.000 ton.
Dat is een record, zo blijkt uit cijfers die de Nederlandse Aardappel Organisatie (NAO) afgelopen weekeinde heeft gepubliceerd. Het betrof de eerste tussenstand van de pootgoedexport van de oogst in 2016.
De Nederlandse pootaardappelen zijn belangrijk uitgangsmateriaal voor de Syrische voedselproductie. „Er wonen daar veel mensen, die moeten eten”, verwoordde topman Gerard Backx van aardappelhandelshuis HZPC de situatie in Syrië eind vorig jaar in deze krant.
Syrische boeren hebben de meeste aardappelen inmiddels gepoot. De stand van eind december zit daardoor altijd dicht bij de eindstand. Vorig jaar kwam die laatste uit op bijna 14.000 ton.
Ook naar Irak gaan dit jaar weer veel Nederlandse pootaardappelen. De tussenstand bedraagt 10.600 ton per eind december. Een jaar eerder was dat 12.600 ton. Aardappelen worden vooral in Koerdische gebied geteeld.
Libanon nam volgens de NAO dit seizoen vooralsnog 12.600 ton af. De tussenstand voor Turkije, waar aardappelen later in het seizoen gepoot worden, is 3600 ton, tegen 4200 ton eind 2015.
De uitvoer van pootaardappelen naar Libië blijft sterk achter bij vorig seizoen.
Tot eind december vond 3300 ton Nederlands pootgoed zijn weg naar het verscheurde Noord-Afrikaanse land. Een jaar eerder was dat 10.700 ton.