Minder overwinterende ooievaars geteld
Tijdens een jaarlijkse, landelijke telling zijn dit weekeinde 447 ooievaars gezien die in Nederland overwinteren. Dat zijn er beduidend minder dan vorig jaar toen 750 exemplaren zijn geteld, meldde de Stichting Ooievaars, Research & Knowhow (STORK) zondag.
De organisatie heeft geen duidelijke verklaring waarom er dit jaar minder ooievaars zijn gezien. Wel deden er deze keer veel minder tellers mee dan vorig jaar, waardoor er ook minder vogels zijn gezien. Dit jaar deden 116 tellers mee, terwijl vorig jaar 274 mensen meededen.
Waarschijnlijk neemt het aantal van 447 nog wel iets toe, omdat nog niet alle tellers zich gemeld hebben. Maar een woordvoerster van STORK zei te verwachten dat het hoge aantal van vorig jaar niet gehaald zal worden.
Meestal overwinteren ooievaars in Afrika, maar een groot aantal blijft in Nederland. STORK vroeg Nederlanders dit weekeinde het aantal waargenomen vogels door te geven, met de vindplaats, datum en eventueel ringgegevens. De organisatie evalueert deze gegevens en hoopt daar conclusies aan te kunnen verbinden. De telling vindt jaarlijks in januari plaats.
Vooral het natuurgebied Reestdal in Overijssel is dit jaar geliefd bij de ooievaars. Hier werden er dit weekeinde 150 geteld. Ook een vuilstortplaats bij Oss is populair bij de wit-zwarte vogels. Hier werden 50 exemplaren geteld.