Bemiddelaar buigt zich over verplichte zondagsopening Paddepoel
Op voorstel van de gemeente Groningen gaat een externe bemiddelaar zich buigen over de kwestie rond de verplichte zondagsopening in winkelcentrum Paddepoel.
Diverse winkeliers die zich niet houden aan de opgelegde openingstijden (zowel op koopzondagen als door de week) zijn door de vereniging van eigenaren (vve) beboet. In de zaak-Platjouw oordeelde de rechter afgelopen zomer dat zulke boetes terecht zijn opgelegd. De ondernemers willen dat de boetes alsnog van tafel gaan en dat zij de zeggenschap over hun openingstijden terugkrijgen. De vve houdt echter voet bij stuk.
Een gesprek van gedupeerde ondernemers met bestuursleden van de vve en de winkeliersstichting van Paddepoel heeft geen oplossing gebracht. Volgens René Bolhuis, pandeigenaar en ondernemer van Bloemen Mozaïek, legt de vve de bal bij de ondernemers. Die moeten met goede plannen komen voor de winkeltijdenregeling in Paddepoel. „Dan gaan de eigenaren luisteren, zeggen ze. Maar ons gevoel is dat ze aan hun achterdeur iets anders vertellen”, zei Bolhuis dinsdag desgevraagd.
Schuttersputje
In samenspraak met de gemeente is besloten een bemiddelaar aan te stellen. Een woordvoerder van de gemeente spreekt berichten tegen als zou de gemeente invloed willen uitoefenen op de keuze van de aan te wijzen persoon. „We hebben geconstateerd dat iedereen tegenover elkaar in een schuttersputje zit. Toen is het idee gesuggereerd om door de vve, de stichting en de beboete ondernemers een bemiddelaar in te laten schakelen”, aldus de woordvoerder. De gemeente wil volgens hem bijspringen in de kosten, maar mengt zich er verder niet in.
De perikelen in Paddepoel zijn volgens de woordvoerder een onbedoeld gevolg van het koopzondagenbeleid van Groningen. „De gemeente wilde met het verruimen van de winkeltijden juist meer vrije keuze bevorderen, waar vooral ondernemers in de binnenstad behoefte aan hadden. Maar dat de vrije keuze nu aan de andere kant wordt beperkt, was niet de bedoeling.”
Winkelier Bolhuis vindt dat de verschillende partijen respect voor elkaar moeten hebben. „Zolang we het mes op de keel hebben, heerst er een angstcultuur in Paddepoel.”
Voorman Paul Beeres van de vve wil geen commentaar geven.
