„Vonnis tegen Wilders is loepzuiver en dogmatisch goed”
Het vonnis tegen PVV-leider Wilders wegens zijn ”minder Marokkanen”-uitspraken is „loepzuiver en dogmatisch goed”, vindt prof. mr. Fokko Oldenhuis, hoogleraar religie en recht aan de Rijksuniversiteit Groningen.
„Ik had de veroordeling wel verwacht”, zegt prof. Oldenhuis. „Het Nederlandse recht staat niet toe dat de waardigheid van bepaalde bevolkingsgroepen wordt aangetast. Door Wilders opgeroepen getuigen, zoals rechtsgeleerde prof. dr. Paul Cliteur, vonden dat de PVV-leider vrijuit moest gaan. Cliteur hanteerde echter een Amerikaanse benadering. In Amerika is de vrijheid van meningsuiting minder begrensd dan in Nederland of Europa. In Amerika mag je bevolkingsgroepen op de korrel nemen, je mag ervoor pleiten dat groepen rechten ontnomen worden. Zonder dat je voor de rechter wordt gedaagd. Pas als je aanzet tot geweld, bijvoorbeeld een kruis verbrandt in de voortuin van een zwart gezin, dan kun je aangeklaagd worden voor het oproepen tot geweld.
Ons Nederlandse en Europese rechtssysteem kent een totaal andere benadering. Hier is de vrijheid van meningsuiting veel meer begrensd. Als je de menselijke waardigheid van een bepaalde bevolkingsgroep aantast, kun je met de rechter in aanraking komen.”
Aanhangers van Wilders zullen wellicht zeggen: Onze leider wordt monddood gemaakt.
„Die aanhangers missen dan finaal de kern van de zaak. De essentie van de uitspraak van de rechter is dat je, ook als politicus, best veel mag zeggen. Maar er zijn grenzen. Ook al tijdens de vorige rechtszaak tegen Wilders, vanwege zijn felle opmerkingen over de islam en de Koran, zette de PVV-leider zich neer als de kampioen van de absolute vrijheid van meningsuiting. Maar dat absolute recht bestaat in Nederland helemaal niet. Hij voelt zich kampioen van iets wat er niet is.”
Spint Wilders in de verkiezingscampagne garen bij de veroordeling?
„Dat interesseert me niet. Een rechter kijkt niet naar de politieke gevolgen van een uitspraak, maar spreekt eerlijk recht. Ik vind dat de rechter loepzuiver en dogmatisch goed redeneert. Eens te meer blijkt dat Nederland geen neprechters kent.
IJzersterk is vrijdag aangetoond dat Wilders zijn vraag om minder Marokkanen van tevoren heeft geregisseerd. Samen met andere PVV’ers. Ik zag ook de Marokkanen-uitspraak op tv. Juist het slot, „we gaan dat regelen” (minder Marokkanen, JV), was voor mij een stap te ver. Ik moest denken aan leer en laarzen, aan het regelen in 1940-1945.”
Dat is een forse vergelijking.
„Ik maak hem toch. Die avond was voor mij een omslagpunt. Wilders gaat te ver, kennelijk is hij dronken van zijn succes. Ik bezie met verbazing hoe minachtend hij spreekt van een nepparlement of D66-rechters. In ben sinds twintig jaar rechter-plaatsvervanger en zie van nabij dat rechters hard en gewetensvol werken. Ze kunnen zich in het openbaar nauwelijks verweren tegen kritiek. Als Wilders hen dan op zo’n minachtende manier wegzet, komt bij mij de stoom uit mijn oren. Dan denk ik: Wanneer houdt het een keer op? Laat ik dan maar mijn stem verheffen.”