Groen & duurzaamheid

Egels nu massaal in winterslaap

De dagen worden kort, de nachten koud. Voor dieren in de natuur wordt het moeilijk om nog aan genoeg voedsel te komen. Vogels en sommige vlinders kunnen naar het zuiden trekken, maar veel dieren zijn minder mobiel en beschikken over een andere overlevingstactiek: de winterslaap. Zo ook de egel.

Kees van Reenen
6 December 2016 15:51Gewijzigd op 16 November 2020 09:14
Egels zijn vooral ’s nachts actief, maar soms gaan ze ook overdag op pad.  beeld Kees van Reenen
Egels zijn vooral ’s nachts actief, maar soms gaan ze ook overdag op pad.  beeld Kees van Reenen

Een donkere avond in het bos. Het is stil. Plotseling ritselt er iets in de dorre bladeren op de bosgrond. Een schaduw beweegt in het vale schijnsel van de maansikkel. Kleiner dan een konijn, groter dan een rat. Het is een egel, een zoogdier dat bij voorkeur in het donker op jacht gaat naar insecten. Met zijn scherpe reuk kan hij beestjes die centimeters diep in de grond zitten vinden. Kleine dieren zoals wormen staan op zijn menu. Ook eet hij vruchten, paddenstoelen en aas. Mocht de egel een vogelnestje met eieren tegenkomen, dan zal hij die evenmin versmaden.

De egel is een vat vol tegenstrijdigheden. Enerzijds zit zijn vacht vol scherpe stekels, anderzijds heeft hij een hoge aaibaarheids­factor. Aan de ene kant kan het diertje door zich op te rollen en zijn stekels op te zetten de aanval van een vos weerstaan, aan de andere kant is de egel erg kwetsbaar, vooral voor auto’s en andere menselijke bedenksels.

De egel is het zoogdier in Nederland dat het vaakst wordt doodgereden. Dit heeft te maken met het feit dat hij ’s nachts lange foerageer­tochten aflegt, vrij slecht ziet en meer vertrouwt op zijn stekels dan op zijn pootjes om aan gevaar te ont­snappen.

Opvangcentra

Omdat de egel wettelijk beschermd is en veel te lijden heeft van onder meer verkeer, gif, fruitnetten en afvoerputjes zijn er egelopvangcentra opgericht. „De stand van de egel ging hard achteruit”, vertelt Ria van der Pot van de Egelopvang Zoetermeer. „Daarom zijn we in 1994 begonnen met het opvangen van verzwakte en gewonde egels, met het doel ze later weer uit te zetten in de natuur. We werken samen met de dierenambulance, die de dieren gratis komt ophalen. Wie in de buurt van een opvang woont, kan ze ook rechtstreeks brengen.”

De egelopvang in Zoetermeer is een van de ruim twintig gespecialiseerde centra verspreid over Nederland, terwijl daarnaast ook onder andere vogelasiels egels kunnen opvangen.

Fabeltje

Een wijdverbreid fabeltje is dat zwakke egels kunnen worden opgekalefaterd met melk. „Melk is dodelijk voor egels,” zegt Van der Pot. „Egels hebben lactose-intolerantie. Ze vinden melk lekker, maar hebben niet in de gaten dat het slecht voor ze is. Geef ze liever water. Gekookt ei kan ook, maar niet te veel ineens.”

Jonge egels zijn onervaren, dus herkennen ze gevaren nog niet. Ze moeten al vroeg voor zichzelf zorgen: de moeder verlaat het nest als haar jongen pas zes weken oud zijn.

Van der Pot: „Door de lange zomer waren er afgelopen jaar veel tweede nestjes, dus lopen er nog steeds jonge egeltjes rond. Die moeten ook leren dat ze een winter­verblijf dienen op te zoeken. Egels hebben een soort wekker die aangeeft wanneer het daarvoor tijd is. Voor het ene dier kan dat al in september zijn, en voor het andere pas in december. Als het dier een mooi slaapplekje heeft gevonden, gaat onder andere de lichaamstemperatuur omlaag.”

Enkele keren wakker

Nu, begin december, hebben de meeste egels een nestje gemaakt in de bladeren bij een boom of een struik in het bos, in de tuin of in een schuur. Tijdens hun winterslaap worden egels enkele keren wakker om voedsel te zoeken. Je moet ze echter niet wakker maken, maar ze in de wintertijd zo veel mogelijk met rust laten, benadrukt een medewerkster van de Egelbescherming Nederland.

Op een droog, beschut plekje trotseren egels de winter. Van der Pot: „Tot het lente wordt. Dan gaat het ‘wekkertje’ en worden ze langzaam wakker. Hun lichaamstemperatuur loopt weer op.” Dan kunnen de dieren er weer op uittrekken om voedsel te zoeken. En natuurlijk ook om een maatje te vinden en zo een nieuwe generatie egeltjes groot te brengen.


Kou

Dieren zijn op verschillende manieren toegerust om ongunstige, koude omstandigheden te overbruggen. Veel vogels verhuizen naar een warmer oord, veel planten trekken hun voedings­stoffen terug in bijvoorbeeld een wortelk­nol of overleven als zaad, heel wat insecten brengen de winter door als ei of pop, en sommige dieren gaan in winterslaap.

Vooral zoogdieren staan hierom bekend, maar ook de in onze streken voorkomende reptielen en amfibieën gaan in winterslaap; kikkers bijvoorbeeld in de modder onder water. Er zijn zelfs enkele vogel­soorten die een soort winterslaap houden, waar­onder kolibries en een nacht­zwaluw, de poorwill.

Echt slapen doen de dieren in de winter niet. Het is iets wat op slaap lijkt, maar er toch van afwijkt. Gaat bij dieren die alleen winterrust houden, zoals beren, dassen en eekhoorns, de hartslagfrequentie omlaag, bij echte winterslapers daalt ook de lichaamstemperatuur flink, komen de meeste lichaamsfuncties bijna tot stilstand en teert het dier op de in de herfst opgebouwde vetreserves.

Sommige winterslapers ‘slapen’ aan één stuk door; vleermuizen, bijvoorbeeld. Andere worden af en toe even actief: onder meer de zeven­slaper (relmuis), hazelmuis, marmot en egel.

Als de winter voorbij is, ontwaakt de winterslaper en komt de vet­verbranding op gang. Die brengt de lichaamstemperatuur beetje bij beetje omhoog, totdat het dier weer in staat is om zijn spieren te gebruiken. Wat er precies voor zorgt dat het dier signalen krijgt dat het wakker moet worden, is nog altijd niet bekend.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer