De Moldavische president Vladimir Voronin verlaagde ter gelegenheid van 1 mei de broodprijs met 5 procent en in de Wit-Russische hoofdstad Minsk werden zes demonstranten opgepakt die de vlag van de Europese Unie en de roodwitte vlag van de Wit-Russische nationalisten met zich meedroegen.

Bij het stadhuis van Berlijn demonstreerden meer dan 25.000 arbeiders tegen het economische en sociale beleid van de regering van bondskanselier Gerhard Schröder. De nacht voor 1 mei kwam het traditiegetrouw tot botsingen tussen Berlijnse jongeren en de politie, Van de bijna 8000 agenten die waren ingezet om de 5500 jongeren die bijeen waren gekomen in een park in toom te houden, raakten er gedurende het weekeinde in totaal 192 lichtgewond door flessen en stenen waarmee ze werden bekogeld. Er werden 111 arrestaties verricht.

In de Spaanse hoofdstad Madrid was de 1-meiviering opgedragen aan de 192 slachtoffers van de aanslagen van 11 maart. In Frankrijk werd de Dag van de Arbeid op tientallen plaatsen gevierd. De extreem rechtse leider Jean-Marie Le Pen greep de gelegenheid aan om de uitbreiding van de Europese Unie te bekritiseren.

In het Turkse Istanbul werden tientallen mensen opgepakt die probeerden te demonstreren op het Taksimplein. De autoriteiten hadden manifestaties ter gelegenheid van 1 mei op het plein verboden. In de Egeïsche havenstad Izmir zette de politie waterkanonnen in tegen demonstranten die de Dag van de Arbeid aangrepen om de vrijlating te eisen van de tot levenslang veroordeelde Koerdische rebellenleider Abdullah Öcalan. In Diyarbakir, de grootste stad in het overwegend Koerdische zuiden van Turkije, werden zo’n 150 mensen gearresteerd die zonder toestemming een demonstratie hielden.

De Cubaanse vakbondsleider Pedro Ross Leal zei in een toespraak tot honderdduizenden landgenoten in Havana dat de Cubaanse arbeiders het niet zullen toestaan dat de Verenigde Staten het Cubaanse systeem omverwerpen. President Fidel Castro zei later in een bijna twee uur durende toespraak dat zijn land zichzelf „met wetten en wapens tot de laatste druppel bloed” zal verdedigen.

In Japan demonstreerden ongeveer 42.000 mensen tegen voorgenomen pensioenhervormingen, circa 12.000 anderen eisten in Tokio dat de regering haar 550 militairen uit Irak zou terugtrekken. De ongeveer 20.000 arbeiders die in de hoofdstad van Zuid-Korea de straat op gingen, eisten dat Seoul zijn belofte meer dan 3000 militairen naar Irak te sturen, zou intrekken.

De Egyptische oproerpolitie sloeg in Caïro een 1-meidemonstratie met knuppels uiteen. De demonstranten eisten niet alleen een loonsverhoging van 40 procent, maar riepen ook leuzen tegen de Verenigde Staten en Israël.

Demonstraties in Hongkong waren vooral gericht tegen de arbeidsomstandigheden onder het Chinese regime, waar de voormalige Britse kroonkolonie sinds 1997 onder valt. Zij scandeerden ook leuzen over de slechte arbeidsomstandigheden in de Chinese mijnen, die er vrijdag nog toe hadden geleid dat 35 mijnwerkers om het leven kwamen en er 16 worden vermist.

Miljoenen Brazilianen betoogden ter gelegenheid van 1 mei tegen president Luiz Inacio Lula da Silva. Alleen al in de economische hoofdstad Sao Paulo waren volgens een schatting van de politie 2,2 miljoen mensen op de been. De centrumlinkse president stelt zijn aanhang teleur. De voorzitter van de linkse Democratische Arbeiderspartij (PDT), Leonel Brizola, riep Lula op af te treden.

Lula was zelf van plan in Sao Paulo naar een bijeenkomst van Braziliaanse arbeiders te gaan om 1 mei te vieren, maar zag daar op het laatste moment van af. Hij ging naar een speciale kerkdienst. De voorganger, bisschop Nelson Westrup, waarschuwde dat de werkloosheid tot een ramp leidt.

Veel Brazilianen koesteren zeer hoge verwachtingen van Lula die sinds een jaar president is. Tijdens zijn ambtstermijn is de werkloosheid gestegen tot 13 procent en kromp de economie met 0,2 procent.