Commotie over anti-abortuscolumn in studentenmagazine universiteit
Er is ophef ontstaan over een stevig getoonzette anti-abortuscolumn van dr. Vincent Stolk, medewerker aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht.
In de column, onlangs verschenen in het studentenmagazine Zindroom van de Universiteit voor Humanistiek, uit Stolk scherpe kritiek op de abortuspraktijk in Nederland. Stolk is verbonden aan de Leerstoel Educatie van de Universiteit voor Humanistiek. De universiteit telt zo’n 500 studenten. Vrijdagmiddag ging Stolk op de universiteit in debat met studenten over zijn geruchtmakende stuk, door hemzelf essay genoemd.
Moord
In zijn verhaal veegt Stolk de vloer aan met diverse pro-abortusargumenten. Onomwonden betitelt de wetenschapper abortus als „moord”. „Duidelijk is dat foetussen menselijke wezens zijn. De foetus in de baarmoeder van een vrouw is niet onder te brengen bij katachtigen, runderen of andere dierlijke soorten, maar foetussen zullen zich indien onbelet ontwikkelen tot menselijke wezens. Op het moment van conceptie is een levend organisme ontstaan, dat alle genetische informatie bezit om uit te groeien tot een volwassen exemplaar van het menselijke ras. Zodra de spermacel met de eicel verenigd is, is het aantal chromosomen compleet en zijn veel van de persoonlijke kenmerken bepaald: het geslacht, de oogkleur, de vingerafdruk, noem maar op.”
„Duidelijk is dat foetussen menselijke wezens zijn”
Dat, zoals in Nederland, de grens voor abortus bij 24 weken ligt, noemt Stolk „pure willekeur.” „Een foetus van 23 weken: een klompje cellen dat je naar wens kapot kan maken. Een foetus van 24 weken: een menselijk persoon met intrinsieke waardigheid. Heel vreemd.”
De universiteitsmedewerker beschrijft dat het „sterkste argument tegen abortus” dat hij tegenkwam in zijn leven de twaalfweken-echo van zijn dochter was. „Een mensje dat zich vrolijk heen en weer bewoog in de baarmoeder van mijn vrouw, compleet met armen, handen, vingers, benen, tenen, hoofd, hart, buik, enzovoort. Een ieder die de menselijkheid van mijn dochter had willen ontkennen, had ik wat aangedaan. En dat was met nog geen twaalf weken! Zelfs al was ze nog drie maanden ouder geweest had ze geaborteerd mogen worden volgens de wet!”
„Nog erger” is, schrijft Stolk, dat de meest voorkomende redenen voor abortus sociaal en economisch van aard zijn. „Geen geld, geen tijd, te jong, enzovoort. Ofwel: moord wordt gelegitimeerd door gemakzucht.”
In zijn stuk betoogt Stolk dat het abortusdebat niet langs „religieuze scheidslijnen” hoeft te lopen. „Gelovige mensen zijn tegen, ongelovige mensen voor. In mijn essay wil ik laten zien dat het geloofsonderscheid helemaal niet zo wezenlijk is voor deze discussie. De discussie kan worden gevoerd in een morele taal die iedereen begrijpt.”
„Moord wordt gelegitimeerd door gemakzucht”
Stolk noemt de praktijk van abortus in zijn essay „de nieuwe holocaust.” „Het zijn nu niet de joden, homo’s en zigeuners die menselijkheid wordt ontzegd, maar ongeboren kinderen.”
„Nare vergelijking”
De column van Stolk is het Humanistisch Verbond (gelieerd aan de universiteit) in het verkeerde keelgat geschoten. Zegsvrouw Paulien Boogaard van het Humanistisch Verbond (waar oud-D66-Kamerlid Boris van der Ham aan het roer staat) sprak donderdag op Twitter van een „hele nare vergelijking tussen abortus en holocaust van Vincent Stolk.” Boogaard noemt diens visie „respectloos naar de afweging van vrouwen.”
Ook de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht zelf neemt afstand van de column. „Vincent Stolk heeft de column op persoonlijke titel geschreven in ons studentenblad. Hij heeft het recht op een eigen mening in deze. Maar dit is zeer zeker niet het standpunt van de Universiteit voor Humanistiek. De universiteit staat voor autonomie van mensen en het daarbij behorende zelfbeschikkingsrecht. We vinden het feit dat het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw in het geval van abortus in onze wetgeving is vastgelegd een belangrijke verworvenheid, die we moeten respecteren en zo nodig ook verdedigen”, stelde zegsvrouw Yvette Nelen vrijdagavond desgevraagd in een schriftelijke reactie .
Nelen stelt de reactie van het Humanistisch Verbond „heel goed” te begrijpen. „Vincent Stolk heeft blijkbaar gemeend een polemiek te kunnen beginnen door een paar grove vergelijkingen te maken, waaronder die met praktijken uit de Tweede Wereldoorlog. Die zijn erg misplaatst en kwetsend. Wij distantiëren ons daarvan en hebben dat ook in onze universiteit bekend gemaakt.”
Er is vooral een „interne discussie” over het essay van Stolk, zegt Nelen. „Daarvoor was de column ook bedoeld. De meeste studenten en medewerkers reageren eigenlijk vooral erg verbaasd. Ik denk dat maar weinig zijn standpunt delen.”
In zijn essay spreekt Stolk ook studenten aan. „Het zou zomaar kunnen dat jij een abortus hebt gepleegd of iemand hebt aangemoedigd dit te doen. Ik draai er niet omheen: Je hebt iets verschrikkelijks gedaan. En ik vermoed dat je al lang aanvoelde dat je iets verkeerds hebt gedaan. Als je je dit inderdaad realiseert, zou ik je ten minste willen vragen je schuldgevoel niet weg te poetsen. Dat is vast niet eenvoudig, maar ik geloof dat in het onderkennen van onze fouten het begin ligt van het adequaat omgaan ermee. De schrijver dezes is ook van harte bereid met je erover in gesprek te gaan en je naar zijn vermogen te helpen.”
Stolk sprak vrijdagmiddag op de universtiteit onder meer met enkele studenten over zijn essay. „Ik ben best moe van de discussies. Ik kreeg het verwijt dat ik me als man niet in een vrouw kan verplaatsen en dat ik geen moreel oordeel mag vellen. Die kritiek wijs ik van de hand. Soms reageren studenten op heftige wijze, maar dat mag. Ik probeer in liefde en geduld met hen in gesprek te blijven”, zei Stolk vrijdagavond desgevraagd. Hij omschrijft zich als „belijdend christen” en is verbonden aan de Koningskerk in Rotterdam, „een kerk in de evangelische vleugel binnen de PKN.”
Stolk neemt geen woord terug van zijn vergelijking tussen abortus en de holocaust. „Ik heb heel bewust voor die heftige woorden gekozen. Tegenwoordig zijn bijvoorbeeld kinderen met het syndroom van Down het mikpunt, ze zijn massaal slachtoffer van abortus. Ik zie een duidelijke parallel met de Tweede Wereldoorlog. Toen werden mensen met een verstandelijke beperking omwille van de raszuiverheid gepakt.”
De wetenschapper benadrukt dat hij op de universiteit niet zozeer vijandig wordt bejegend na publicatie van zijn column. „Onze rector, prof. dr. Gerty Lensvelt-Mulders, opereert op een sympathieke manier in dit debat. Ze heeft me laten weten dat ik de ruimte moet hebben om mijn mening over abortus naar voren te brengen.”