Engelandvaarder vertelt zijn verhaal
Bijna zeventig jaar zwegen de inwoners van het Utrechtse polderdorp Benschop over het drama dat zich er kort voor het eind van de Tweede Wereldoorlog afspeelde: een razzia –na verraad– kostte een aantal inwoners en Duitse soldaten het leven. Journalist Bram de Graaf publiceerde er in 2015 een boek over.
Bijna zeventig jaar zweeg Engelandvaarder R. A. Grisnigt over de verschrikkingen die hij meemaakte in Duitse concentratiekampen, over de torpedering en de dodenmars die hij overleefde. Toen ging hij praten. Bram de Graaf legde nu opnieuw een verzwegen verhaal vast.
Het is het relaas van een 18-jarige Nederlandse scholier die naar Frankrijk fietst omdat hij wil meehelpen met de bevrijding van zijn vaderland. Via Curaçao en Canada belandt Bram Grisnigt na negentien maanden in Engeland. Daar wordt hij opgeleid, en vindt hij zijn toekomstige vrouw. Maar voordat ze trouwen, is hij aan een parachute in Nederland neergedaald, heeft hij radioverbindingen met Engeland onderhouden, is hij gearresteerd, verhoord, van kamp naar kamp gesleept, en tijdens een dodenmars wonderlijk ontsnapt doordat de Duitsers vergeten dat een van hun gevangenen achter de struiken zijn behoefte zit te doen.
Bram Grisnigt is 22 als hij trouwt, maar heeft dan al meer meegemaakt dan een ander in een lang leven. Hij verzamelde veel documentatie over wat hem overkwam. Dat alles is nu uitgemond in een boeiend boek, geschreven in de hoop dat de jongere generatie zich ervoor zal blijven interesseren.
Boekgegevens
”Spion van Oranje. Het oorlogsverhaal van Engelandvaarder Bram Grisnigt”, Bram de Graaf; uitg. Ambo|Anthos, Amsterdam, 2016; ISBN 978 90 263 3539 6; 245 blz.; € 19,90.