Over de legitimiteit van Islamitische Staat
Het offensief dat op 17 oktober begon tegen Islamitische Staat (IS) in Mosul zal mogelijk beslissend zijn voor de toekomst van Irak als natiestaat, maar niet voor het voortbestaan van IS. Het meest zwartgallige scenario laat de mogelijk open dat de politieke perikelen in Irak ná de bevrijding van Mosul IS uiteindelijk zelfs in de kaart spelen en versterken.
Hiervoor is trouwens een precedent aanwezig. Al-Qaida in Irak richtte in oktober 2006 samen met enkele andere radicale groeperingen Islamitische Staat in Irak (ISI) op, waar het huidige IS uit voort is gekomen.
Al-Qaida had in de voorafgaande jaren echter zo’n terreurbewind gevoerd in Irak dat soennitische stammen in Irak besloten om samen met het Amerikaanse leger deze ISI te bestrijden. Het met veel fanfare aangekondigde Islamitische Staat in Irak hield daardoor op een staat te zijn en ging ondergronds verder als terroristische beweging die geduldig haar tijd afwachtte. Ontwikkelingen binnen Irak zorgden ervoor dat ISI opnieuw de wind in de zeilen kreeg en als een feniks uit zijn as herrees.
Belangrijk is hier te constateren dat ook de aanwezigheid van ruim 150.000 Amerikaanse militairen niet voldoende was om ISI te verslaan. De organisatie werd weliswaar verzwakt, maar deed nauwelijks vijf jaar later opnieuw van zich spreken. Een realistische inschatting van de huidige politieke situatie in zowel Irak als Syrië maakt een herhaling van dit patroon niet ondenkbaar.
Binnen de soennitische islam kent men geen centraal leergezag, wat meerdere interpretaties van heilige teksten mogelijk maakt. Westerse oriëntalisten hebben vaak de neiging om te dwepen met de mystiek van soefi-ordes, maar ze sluiten hun ogen voor het feit dat er binnen de islam ook een harde, onverzoenlijke, op de sharia georiënteerde uitleg bestaat die als legitiem wordt beschouwd. Bewegingen zoals al-Qaida en IS baseren zich op deze laatste versie.
Westerse studenten leren altijd dat dé islam niet bestaat, en terecht. Daar vloeit echter uit voort dat westerse politici die beweren dat IS niets te met dé islam te maken heeft onzin verkondigen. De ideologie van bewegingen zoals al-Qaida en IS heeft bestaansrecht omdat die zich baseert op bepaalde islamitische bronnen, en dat geeft deze organisaties in de ogen van veel moslims bestaansrecht.
Critici antwoorden hierop dat Islamitische Staat selectief omgaat met deze bronnen, maar hetzelfde argument kan worden gebruikt tegen hervormingsgezinde moslims.
Nu kent de Koran twee gedeelten. Het ene dateert uit de oudste Mekkaanse periode, met daarin veel verzoeningsgezinde verzen. De latere Medinische verzen staan vooral in het teken van de onverzoenlijke strijd tegen ”de ongelovigen”.
Voor moslims geldt dat latere teksten doorslaggevend zijn en ook uitleg geven aan vroegere teksten. In de Koran zijn dat die teksten die bepaald niet de meest vreedzame zijn.
RD-correspondent Martin Janssen levert wekelijks commentaar op actuele gebeurtenissen in het Midden-Oosten. Vandaag: de ideologie van IS heeft bestaansrecht omdat de Koran er de bron van is.