In Kazachstan houd je jongeren niet makkelijk vast
Nog niet zo lang geleden kon Boelad Doesjengaliev van deur tot deur evangeliseren in Kazachstan. Maar die tijd is voorbij. „Elk dorp heeft nu zijn moskee.” Toch is de moskee niet de grootste bedreiging voor Kazachse christenen.
De islam in Nederland is nog fundamentalischer van aard dan die in Kazachstan, merkt evangelist Doesjengaliev. Hij is deze dagen in Nederland op uitnodiging van de Stichting Friedensstimme. Zaterdag spreekt hij op de ontmoetingsdag van de stichting in Barneveld.
Het grote verschil tussen beide landen: in Kazachstan is de meerderheid van de bevolking moslim. En de orthodoxie wint er terrein.
Hoe merkt u dat de invloed van de islam in Kazachstan toeneemt?
„Aan de moskeeën die je overal ziet. Dat is zo’n vijftien jaar geleden begonnen. Toen hadden veel dorpen niet eens een gebedshuis. Nu zijn er dorpen waar hooguit 300 mensen wonen, maar er is wél een grote moskee. Dat komt vooral door de invloed van Turkije en Iran. Je ziet dat in Kazachstan terug, maar ook in Oezbekistan en andere landen in de regio. Overal zijn Koranscholen geopend, en daardoor zijn met name jongeren een stuk religieuzer geworden, hoewel de overheid officieel seculier is.”
Belemmert dat uw werk?
„Ja, evangelisatie is een stuk moeilijker geworden. Je moet eerst met de moellah van een dorp praten voordat je daar kunt evangeliseren. Vroeger leverde dat haast nooit problemen op. Tegenwoordig krijgen we bijna nooit meer toestemming. Huis aan huis evangeliseren is daardoor vrijwel onmogelijk geworden. Onder de huidige antiterreurwetten van Kazachstan kun je daar zelfs zes jaar celstraf voor krijgen. Evangelisatie buiten het terrein van de kerk is streng verboden.”
Hoe probeert u in die omstandigheden het Evangelie te verbreiden?
„We zoeken met elkaar naar nieuwe methodes. Daar zijn we nog niet uit. Een van die methodes is gewoon thuis mensen ontvangen. Kazachen komen niet snel naar de kerk, maar zijn wel bereid om je thuis op te zoeken.
Over het algemeen staan Kazachen niet negatief tegenover het Evangelie, maar ze denken dat het iets Russisch of iets westers is. Ze willen daarvoor niet hun eigen Kazachse cultuur opofferen. Daarom zijn bijeenkomsten in huizen voor sommige mensen misschien beter dan bijeenkomsten in kerken waarvan ze denken dat die Russisch of westers zijn.
Er zijn zelfs christenen die om die reden gewoon naar de moskee blijven gaan. De angst om de eigen cultuur te verloochenen, is groot. Er zijn veel voorbeelden van christenen die weggejaagd zijn uit hun dorp.”
Hoe ging dat bij u?
„Toen ik christen werd, in 1993, ondervond ik zware tegenstand van mijn familie. Ook een broer en een zus kwamen tot bekering, en dat terwijl mijn vader imam was. Hij werd afgezet als imam omdat zijn kinderen christen werden. Er werden familievergaderingen belegd van wel honderd man. We waren niet meer welkom thuis en in de familie. Mijn moeder heeft mijn zus zelfs aan haar haren uit de kerk gesleept.”
Waarom wilde u desondanks christen zijn?
„Dat wilde ik aanvankelijk helemaal niet. Ik wilde communist zijn. Maar toen kwam de tijd van de perestrojka, de hervormingspolitiek van Sovjetleider Gorbatsjov. Opeens was communist-zijn niet meer zo belangrijk. Daardoor ontstond een leegte in mijn hart. De volksislam die ik van huis uit kende, kon die leegte niet vullen.
Ik heb me in die tijd met witte en ook zwarte magie beziggehouden. Ik ben erg ziek geweest; ik had denkbeelden dat ik de verlosser van de wereld was, dat ik Christus was, en later dat ik de antichrist was. Van die denkbeelden had ik zelfs nog last toen ik al christen was geworden. Pas toen voorgangers bij me op bezoek kwamen en met mij hiervoor baden, zijn ze voorgoed verdwenen.”
Wat is het grootste gevaar voor christenen in Kazachstan?
„Niet de islam. Daar willen ze niets mee te maken hebben. Sowieso denk ik niet dat Kazachstan ooit fundamentalistisch zal worden. Qua mentaliteit is de Kazach geen fundamentalist. Het fundamentalisme groeit, maar daar zit een grens aan.
De digitalisering en het materialisme, dat zijn de grootste gevaren. Ik zie dat ook in mijn eigen gezin. We hebben tien kinderen. Mijn oudste dochter is 19, mijn oudste zoon 18 jaar. Ze gaan mee naar de kerk, maar ze zijn nog niet tot een echte doorbraak gekomen. Dat is mijn grootste zorg.
Je ziet in de gemeente dat zo’n 20 procent van de jongeren echt gelovig wordt. De rest hangt er een beetje bij of haakt zelfs af. Daarom zijn we nu actiever dan vroeger in het organiseren van activiteiten voor jongeren. Maar ik weet niet of dat genoeg is.”
De gemeenten van niet-geregistreerde baptisten leven heel eenvoudig. Hoe kijkt u aan tegen de welvaart van christenen in Nederland?
„Zodra mensen kleven aan het leven op aarde, is dat een slecht teken, hier en bij ons. Als je altijd arm bent geweest en je wordt in korte tijd rijk, dan levert dat geestelijk gezien weinig voordeel op. Vroeger hadden wij veel zendelingen in onze broederschap, nu zijn ze moeilijk te vinden. En dat heeft alles te maken met materialisme.
Tegelijk zijn hier in Nederland veel oprechte christenen, heb ik gezien. Wij weten ons gedragen door hun gebed. Zonder dat gebed zouden de problemen in Kazachstan ongetwijfeld een stuk groter zijn.”
Spreker op bijeenkomst in Barneveld
Boelad Doesjengaliev (46) is evangelist in Kaskelen, in het zuiden van Kazachstan, vlak bij de vroegere hoofdstad Alma-Ata. Hij is voorganger van een gemeente van niet-geregistreerde baptisten en wordt door de Stichting Friedensstimme ondersteund om het Evangelie te verbreiden in zijn land en in buurlanden.
In het land, dat overwegend islamitisch is, zijn kleine groepen protestantse gelovigen. Velen van hen hebben een islamitische achtergrond.
Doesjengaliev is getrouwd en heeft tien kinderen. Hij spreekt zaterdag op de ontmoetingsdag van Stichting Friedensstimme in de Veluwehal in Barneveld.