Geen uitzondering voor naam Evangelische Hogeschool in wet
De meerderheid van de Tweede Kamer is het met minister Bussemaker eens dat de Evangelische Hogeschool (EH) haar naam moet wijzigen.
Dat bleek donderdag bij een debat over een wet die regelt dat de namen universiteit en hogeschool alleen gebruikt mogen worden voor wettelijk erkende instellingen.
De fracties van CDA, CU, SGP en D66 vinden dat de minister Bussemaker van Onderwijs in de wet een uitzondering moet toestaan voor de EH in Amersfoort. Dat doet ze ook voor de Volksuniversiteit en de Volkshogeschool, hoewel die ook geen wettelijk erkend hoger onderwijs aanbieden.
De christelijke partijen vinden het onbegrijpelijk dat de minister voor de ene instelling wel een uitzondering maakt en voor de andere niet. SGP-Kamerlid Bisschop snapt niet dat Volksuniversiteit universiteit mag blijven heten, terwijl ze daar „yogadansen voor senioren” geven.
De bewindsvrouw voelt er niets voor de EH een uitzonderingspositie te gunnen. Volgens haar is het in een oogopslag duidelijk dat de Volksuniversiteit en de Volkshogeschool geen hoger onderwijs aanbieden, maar is de term hogeschool voor de EH misleidend omdat studenten daar geen graad kunnen behalen. De fracties van VVD en PvdA, die samen een meerderheid hebben, steunen de minister.
De christelijke fracties kregen in hun verzet steun van D66-Kamerlid Van Meenen. Die stelde na een bezoek op de site van de EH: „Het is evident dat op geen enkele manier de illusie wordt gewekt dat je aan de EH een graad kunt behalen.” Bussemaker deed de EH de suggestie aan de hand om zich voortaan „Evangelische Academy” of „Evangelisch College” te noemen. De Johan Cruyff University heeft zich volgens haar ook bereid getoond de naam te wijzingen in academy, institute of college.
Bussemaker zou er wel mee kunnen leven als de wet geen enkele uitzondering toe zou staan. Ze zal daarvoor zelf echter geen voorstel indienen. Dat zou dan vanuit de Kamer moeten komen, maar die voelt daar nog niets voor. „Voor we alles schrappen, denk ik eerder aan een bijlage met een zeer beperkte lijst met uitzonderingen’, zegt CU-Kamerlid Bruins.