Weinig animo voor verlofsparen
Werknemers maken maar spaarzamelijk gebruik van bijzondere verlofregelingen. Aan de mogelijkheden voor het sparen van verlofdagen om de loopbaan tijdelijk te onderbreken, hebben de meeste werknemers geen behoefte.
Dat zijn enkele van de conclusies uit het rapport ”Werkt verlof?” dat het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) woensdag heeft gepubliceerd. Het SCP schetst daarin de behoefte aan en het gebruik van bijzondere verlofregelingen, die werknemers de mogelijkheid moeten bieden werk- en zorgtaken te combineren.
Daarbij is gekeken naar onder meer verlofsparen voor loopbaanonderbreking, calamiteitenverlof, verlof voor zorg aan kortdurend zieken en aan stervenden. Voor het onderzoek is eind 2002 een enquête gehouden onder werknemers van tussen de 20 en de 61 jaar oud en onder mensen die de voorgaande twee jaar gestopt waren met werken wegens zorgtaken.
Het kabinet wil de huidige regeling voor verlofsparen laten opgaan in een zogenoemde levensloopregeling, zodat mensen zorg en werk gemakkelijker kunnen combineren. Uit het onderzoek blijkt echter dat werknemers niet verlof gaan sparen met het oog op (latere) zorgtaken. Op het moment dat mensen te maken krijgen met die taken, is verlofsparen waarschijnlijk geen optie. Zij hebben hun hele inkomen dan te hard nodig.
In de jaren 2001 en 2002 hebben vier op de tien werknemers te maken gehad met een onverwachte situatie, zoals een ziek kind of een sterfgeval in de familie, waarvoor verlof opgenomen kan worden. Drie op de tien doen dat ook, maar velen nemen daarvoor een vrije dag op. Slechts in 5 procent van de gevallen maakt iemand gebruik van het calamiteitenverlof dat hiervoor speciaal is bedoeld. Een op de tien nam in deze jaren verlof op om te zorgen voor een naaste die kortdurend ziek was.
Tussen november 2000 en november 2001 heeft 6 procent van de werknemers gebruikgemaakt van de mogelijkheid te sparen voor verlof. Nog eens 11 procent had dit wel willen doen, maar deed het uiteindelijk toch niet. Als reden daarvoor werd vaak het inkomensverlies aangevoerd. De overige 83 procent gaf aan er geen behoefte aan te hebben.
Met het gespaarde verlof willen mensen langer op vakantie kunnen gaan of tijd vrijmaken voor hobby’s. Eenvijfde noemt de zorg voor kinderen als doel.
Als het „normaler” wordt en werkgevers er positiever tegenover staan, neemt het verlofsparen waarschijnlijk wel toe, aldus de onderzoekers. Ook is er meer voorlichting nodig, want veel mensen wisten niet dat zij verlof konden sparen.