Discussie over relatie denken en geloven is al oud
Maandag openden universiteiten en hogescholen het studiejaar met allerhande academische redevoeringen waarin meer of minder verrassende dingen worden gezegd, maar die toch alle iets van een programma hebben. Een programma voor het denken, want daar zijn academische instellingen voor bedoeld.
Echter, hoever moet dat denken gaan? Het is een vraag die zeker vandaag relevant is nu met name de kennis op medisch en digitaal gebied soms beangstigende vormen aanneemt. Het is een vraag die ook in de geschiedenis van de kerk steeds geklonken heeft, want kan denken het geloof bedreigen? Zijn zoals een middeleeuws en ook door Luther gehanteerd gezegde luidt ”de geleerden de verkeerden”?
Bekend werd de academische rede die Luthers collega Philipp Melanchthon op 28 augustus 1518 hield bij het begin van zijn professoraat in Wittenberg. De Duitse theoloog Heinz Scheible zegt daarover in de bewerkte, tweede editie van zijn Melanchthonbiografie dat de rede weliswaar oproept tot terugkeer naar de studie van de bronnen (dus van de talen Hebreeuws en Grieks), maar dat hij ook pleit voor het bestuderen van de Griekse filosoof Aristoteles, die zo goed kan helpen de dingen logisch te verwoorden. Dat wordt hem door latere lutheranen verweten, omdat ze Melanchthon medeverantwoordelijk maken voor het ontstaan van het socinianisme in de zestiende eeuw. Dit was de leer van de neven Lelio en Fausto Sozinni, die de drie-eenheid van God ontkenden omdat deze leer niet logisch en dus onhoudbaar zou zijn.
De Litouwse kerkhistoricus dr. Kęstutis Daugirdas is deskundige op het gebied van het socinianisme en schreef daarover een dik en zeer interessant boek waarin hij ingaat op dit verwijt aan Melanchthon, maar vooral uiteenzet wat het socinianisme is en waar het vandaan komt. Het verwijt aan Melanchthon is niet terecht, maar Daugirdas toont wel hoe een bepaald gebruik van Aristoteles tot on-Bijbelse opvattingen kon leiden.
Vrij om te denken
De Franse humanist Sebastiaan Castellio (1515-1563) was een voorstander van de vrijheid van denken, wat hem onder andere in conflict bracht met Calvijn. Bekend werd hij vooral door zijn kritiek op het proces tegen Michael Servet, die voor zijn loochening van Gods drie-eenheid in Genève de doodstraf kreeg. VU-kerkhistorica Mirjam van Veen houdt zich al geruime tijd met Castellio bezig. Haar biografie van deze op zich boeiende figuur verscheen onlangs in een Duitse vertaling. In dit boek zet ze op heel heldere wijze uiteen wie deze man was en hoe hij over de dingen dacht.
Bij dezelfde uitgeverij –Alcorde, die trouwens mooie boeken maakt– verscheen een Duitse vertaling van Castellio’s werk over twijfel. Castellio wilde iets doen aan wat volgens hem het dogmatisch onmondig maken van mensen in de kerk was. In dit boek stelde hij voor om achter veel leerstukken eerst maar eens een vraagteken te zetten. Zo kon de mens zich met de kracht van het eigen verstand bevrijden van dogmatische dwang en zelf onderscheiden wat geloofd en wat betwijfeld moest worden. Zo kwam hij ook bij zaken die een mens moet weten en zaken waar je ook wel zonder kunt.
Het gaat hier om een boek uit 1563, maar de thematiek is voor de kerk vandaag nog steeds actueel. Dat verklaart ook de aandacht die Van Veen voor Castellio vraagt, want zijn benadering van geloofswaarheden komt ook in christelijke kringen voor. Moet je echt elke punt en komma van de belijdenis geloven? Dat is een vraag die hier en daar wel leeft, zonder dat men iets van Castellio weet. Daarom is het goed dat zij die deze vraag moeten beantwoorden nu in deze boeken terechtkunnen.
Woordenboek
Ook in latere eeuwen speelden discussies over de relatie tussen denken en geloven. Deze werden op niveau van geleerden gevoerd, maar hadden enorme invloed op gewone mensen. Mara van der Lugt, als historica verbonden aan de universiteit Göttingen, publiceerde een boek over de botsing tussen Pierre Bayle (1647-1706) en Pierre Jurieu ( 1637-1713). In 1697 bracht Bayle de ”Dictionaire historique et critique” uit, een biografisch woordenboek waarin hij vele denkers beschrijft met als hoofdboodschap dat veel van wat als waarheid gezien wordt eigenlijk alleen maar opvattingen, meningen en visies zijn. Enerzijds erkent Bayle de geloofswaarheden van het christelijk geloof, maar tegelijk is hij een voorstander van religieuze tolerantie en verzet hij zich tegen een strakke binding aan die geloofswaarheden.
Jurieu –hugenoot, net als Bayle– was protestants predikant in Rotterdam en doceerde aan de Illustere School in die stad. Hij ging de strijd met Bayle aan omdat hij hem gevaarlijk vond. Volgens hem doet Bayle wel alsof het denken onderworpen is aan het geloof, maar in werkelijkheid plaatst hij het denken tegenover het geloof. Van der Lugt geeft een grondige bestrijding van deze discussie waarbij wel duidelijk wordt dat de wel zeer fanatieke houding van Jurieu schadelijk was voor het overbrengen van zijn standpunt.
Juist dat fanatisme werd in verlichte kringen gezien als uiting van een verkeerde geloofsvisie. Dat blijkt uit het boek van de Oostenrijkse historica Gerda Lettner over de politieke en intellectuele elite in Wenen in de achttiende eeuw. De overtuiging daar is dat er zeker een God is, maar dat veel wat in de Bijbel over God staat achterhaald is. Dat hebben de geleerden duidelijk gemaakt. Vanuit dat algemene godsgeloof zouden we alleen weten dat een mens netjes en vreedzaam moet leven en daar zou geen fanatieke verdediging van geloofswaarheden bij passen. Vanuit deze boeken zou je haast denken dat de geleerden inderdaad de verkeerden zijn. Maar dat de opdracht luidt dat we God ook met het verstand moeten liefhebben, is een stimulans voor elke christen die in de academische wereld werkzaam is om te laten zien dat het ook anders kan.
----
Boekgegevens
”Melanchthon. Vermittler der Reformation”, Heinz Scheible, uitg. C. H. Beck, München; ISBN 978 34 0668 673 3; 448 blz.; € 28,-; ”Die Anfänge des Sozinianismus”, Kęstutis Daugirdas, uitg. Vandenhoeck & Ruprecht, Göttingen; ISBN 978 35 2510 142 1; 636 blz.; € 100,-; ”Die Freiheit des Denkens. Sebastian Castellio Wegbereiter der Toleranz 1515-1563”, Mirjam van Veen; uitg. Alcorde Verlag, Essen; ISBN 978 39 3997 371 3; 352 blz.; € 32,-; ”Die Kunst des Zweifelns und Glaubens den Nichtwissens und Wissens”, Sebastian Castellio; uitg. Alcorde Verlag, Essen; ISBN 978 39 3997 365 2; 404 blz.; € 38,-; ”Bayle, Jurieu and the Dictionnaire Historique et Critique”, Mara van der Lugt; uitg. Oxford University Press, Oxford; ISBN 978 01 9876 926 2; 318 blz.; £ 65,-; ”Das Spannungsfeld zwischen Aufklärung und Absolutismus”, Gerda Lettner; uitg. Vandenhoeck & Ruprecht, Göttingen; ISBN 978 35 2556 421 9; 218 blz.; € 50,-.