SGP stelt vragen over verwoeste bedrijven in Ethiopië
Nederland moet zich inzetten voor een goede schadecompensatie voor Nederlandse bedrijven in Ethiopië die door plunderaars zijn verwoest, vindt SGP-Kamerlid Dijkgraaf.
Dijkgraaf stelde donderdag schriftelijke vragen aan het kabinet over vier Nederlandse bedrijven in Ethiopië die de achterliggende dagen te maken kregen met aanslagen. Zo is de Ethiopische vestiging van bloemkwekerij Esmeralda Farms (Aalsmeer) dinsdag volledig verwoest. Zeker duizend tegenstanders van de regering bestormden het bedrijf –waarvan ze wisten dat het vorig jaar met regeringshulp is opgestart– en staken alles in brand. Op het bedrijf waren weliswaar militairen aanwezig, maar die sloegen voor de grote overmacht op de vlucht.
Door de brandstichting is, aldus directeur Hooyman in Het vakblad voor de Bloemisterij, naar schatting 10 miljoen euro aan investeringen in rook opgegaan. Ook tien andere buitenlandse bedrijven zijn in de achterliggende dagen als gevolg van de onlusten in dit deel van Ethiopië beschadigd geraakt of geheel verwoest.
Dijkgraaf vraagt aan de bewindslieden Koenders (Buitenlandse Zaken) en Ploumen (Ontwikkelingssamenwerking) wat de Ethiopische regering precies doet om buitenlandse bedrijven te beschermen. Ook wil hij weten in hoeverre de Nederlandse overheid met Ethiopische nationale en lokale overheden samenwerkt om deze bescherming te realiseren.
Het SGP-Kamerlid vraagt bovendien of het kabinet een rechtsgrond ziet voor financiële compensatie van de getroffen bedrijven en of het zich wil inzetten voor een „redelijke compensatie” door de Ethiopische overheid.