Binnenland

Blauwe ceintuur als stille getuige

De politie heeft een blauwe ceintuur, mogelijk een belangrijke stille getuige in de Puttense moordzaak, vernietigd. Ook heeft een oom van het slachtoffer stukken met bloedvlekken uit het tapijt in het huisje aan de Driewegenweg gesneden. Dit bleek vrijdag bij het gerechtshof in Leeuwarden, dat de Puttense moordzaak opnieuw onder de loep neemt.

Riekelt Pasterkamp en Niek Sterk
15 February 2002 21:40Gewijzigd op 13 November 2020 23:25

De oom van Christel Ambrosius, de Puttenaar Henk Simon, was op zondagmiddag 9 januari 1994 na een telefoontje van de oma als eerste ter plekke in het boshuisje in Putten. Hij zou ook de laatste zijn die de stewardess levend heeft gezien. Eerder op de middag fietste ze namelijk langs bij de woning van Simon aan de Bosrand.

Rechercheur J. A. Kroes, destijds technisch coördinator van het sporenonderzoek, vertelde vrijdag bij het hof dat hij op bezoek was bij Simon, die toen vertelde dat er tussen de asresten in zijn vuilcontainer een riem lag. De riem zou door een „onbekende getuige” in een boom tegenover het moordpand aan de Driewegenweg zijn gevonden en bij Simon zijn gebracht.

„Voor de vorm heb ik de riem meegenomen”, aldus Kroes. Op 19 april 1994 vernietigde hij, geheel op eigen houtje, de riem „omdat-ie niet meer bruikbaar was.” Desondanks hield hij vrijdag tegenover advocaat Knoops vol „een volledig sporenonderzoek” te hebben gedaan. Die confronteerde hem met de mening van de patholoog dr. Visser die na onderzoek aan het lichaam concludeerde dat de stewardess met „een mechanisch koordachtig voorwerp” om het leven kan zijn gekomen. Een riem of koord sloot hij niet uit.

Tijdens de verhoren van de rechercheurs kwamen er vrijdag meer dubieuze zaken aan het licht. Van de omstreden druppel sperma op het bovenbeen van Christel is een foto genomen. De foto mislukte.

De politie kreeg de vier verdachten in beeld na een tip over een groene Mercedes die de bewuste zondagmiddag in het bos zou zijn geweest. Het was de gewoonte van Dubois, Viets, Schuchard en Bettink om op zondagmiddag een ritje te maken. Maar er zou nog een groene Mercedes zijn, van een inwoner van Ermelo. Is die auto onderzocht, wil advocaat Knoops van rechercheur Benne weten. „Dat weet ik niet meer.”

De sfeer tijdens de verhoren? „Die was prima, al is een verhoor natuurlijk nooit leuk.” Inspecteur Baars, destijds belast met de dagelijkse leiding van het onderzoek, herinnert zich dat rechercheur De Bok op een gegeven moment met Gerrit Schuchard door de gang van een politiebureau scheurde; Schuchard in een stoel op wieltjes en De Bok erachter. „Ze waren lekker aan het dollen.” Advocaat-generaal Van der Neut roept daarop de woorden van psycholoog Van Koppen van woensdag in de herinnering. „Ik vraag mij ernstig af of er voldoende afstand is geweest.”

Probeerde de voorzitter van het strafhof, mr. W. H. Vellinga, woensdag de verhoortijd per rechercheur te beperken, vrijdag speelde de tijd geen enkele rol. Aan de teamleiders van het onderzoek van destijds -Baars en De Jong- is veel te vragen. De politiemensen blijven er koel onder.

In zijn dagboekje schreef verdachte Schuchard: „Die Baars, dat is me ook wat. Die wil ons allemaal achter de tralies hebben voor zestien jaar en dat lukt ook nog. Hij zegt: Het scheelt me niets, al komen er onschuldigen in de cel.” Wat is de reactie van Baars daarop? „Onzin.” Ten lange leste gooide Schuchard bij rechter-commissaris J. Honig alles op tafel en wees zijn schoonzoons aan als de daders. Honig verklaarde gisteren „de overtuiging” te hebben dat de verklaring authentiek is.

Baars is de eerste politieman die bij het hof verklaart het boek van Blaauw over de Puttense moordzaak te hebben gelezen. De daarin beschreven „tragische, fatale ellende bij de politieverhoren” kan hij niet plaatsen. „Het boek is zeer suggestief. Blaauw stelt dat de verdachten onmiddellijk vrij moesten worden gelaten toen bleek dat het aangetroffen sperma niet van de verdachten was. Dan zeg ik: Sorry hoor.” Tegen het einde van zijn verhoor laat Baars er geen twijfel over bestaan: „Ik ben er nog steeds van overtuigd dat Dubois en Viets op de plaats zijn geweest en het feit hebben gepleegd.”

De zitting wordt maandag voortgezet. Aan het einde van de dag beslist het hof of de uitkomst van de nieuwe onderzoeken naar sporen en DNA wordt afgewacht. Als dat zo is gaat het proces in april verder, anders wordt de zaak wellicht volgende week afgerond.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer