„Nieuwe Turk is supernationalistisch”
President Erdogan maakt gebruik van een religieus, conservatief en supernationalistisch gevoel dat diep in de Turkse samenleving wortelt. Na de mislukte coup, afgelopen vrijdag, is dat gevoel alleen maar sterker geworden.
Voor Froukje Santing, islamoloog en oud-correspondent in Turkije voor NRC Handelsblad, is het zonneklaar: „Erdogan zit steviger dan ooit in het zadel en zijn aanhangers zijn de grote winnaars. Alle andere groepen Turken vrezen terecht dat hun positie alleen maar slechter zal worden.”
In Turkije wonen meer dan 70 miljoen mensen. Daarnaast leven er nog miljoenen Turken in de diaspora; alleen al 5 tot 6 miljoen in west-Europa. Ruim 95 procent van alle Turken is moslim, maar ze mogen bepaald niet over één kam geschoren worden.
Santing, die tot september in het Turkse Güllük verblijft: „Je kunt de Turken grofweg verdelen in vijf groepen. Dat geldt zowel voor Turken in Turkije als in Nederland. Verreweg de grootste groep behoort tot de soennieten, de enigzins orthodoxe variant van de islam. Het zijn de Erdogan-aanhangers die strijden voor een conservatief-religieus Turkije, tot en met een alcoholverbod toe.
Daarnaast heb je de alevieten, een veel kleinere groep. Het zijn moslims van de shiïtische variant van de islam. Ze zijn liberaal. Ze kennen geen moskee, geen hoofddoek voor vrouwen en ze doen niet aan ramadan. In Turkije worden ze naar de zijlijn gedrongen, omdat ze in de ogen van een groeiende groep soennieten geen echte moslims zijn.
De andere drie groepen zijn de Koerden, de seculiere Turken en de Gülenisten. De laatsten willen graag vrome moslims zijn, maar in combinatie met aandacht voor moderne zaken als wetenschap, onderwijs en media. Ze zijn aanhangers van de in Amerikaanse ballingschap wonende invloedrijke imam Fethullah Gülen, die eerst een vriend van Erdogan was, maar nu diens aartsrivaal is. Gülenisten krijgen het verwijt dat ze een parallelle staat in Turkije nastreven, om op die manier de samenleving van binnenuit te veroveren.”
Onderbuikgevoelens
Het gaat te ver, stelt Santing, om te zeggen dat alle groepen Turken vóór de coup waren, behalve de soennieten: de aanhangers van Erdogan. „De staatsgreep geeft uiting aan onderbuikgevoelens van een deel van de Turken, maar niemand van hen gelooft dat een coup dé oplossing is. Een Turk die tegen Erdogan is, is ook niet automatisch voor democratie, en andersom.”
Als de coup één ding leert, is het volgens Santing dit: „Erdogan laat de nieuwe Turk opstaan. Die is religieus, conservatief en supernationalistisch. Erdogan heeft al die jaren dat hij aan de macht is, aan dat gevoel gerefereerd. Het is diep in de Turkse samenleving geworteld en het komt nu meer dan ooit naar boven. Hij geeft de Turken het gevoel dat ze iemand zijn; hij maakt ze trots op hun land. Dat beperkt zich niet tot Turken in Turkije, maar dat geldt voor Turken wereldwijd.”