In ziekte mag en moet men medicijnen gebruiken als middelen die God heeft beschikt tot genezing van de mensen. God heeft een kracht geschapen in de kruiden en ons verplicht die bij ziekte in biddend opzien te gebruiken.Echter, noch Zijn macht, noch Zichzelf heeft Hij hieraan gebonden. Wanneer er geen medicamenten voorhanden zijn, moet men God alleen houden voor onze Heelmeester. Hij kan door middelen, zonder middelen, boven middelen en tegen middelen helpen. Doch men moet nooit de medicijnen en de heelmeester stellen boven God, zoals de koning Asa deed. Die zocht in zijn ziekte de Heere niet, maar de medicijnmeesters.

Wel moet men bij de middelen gebed voegen om Gods zegen daarover te vragen. Want de kleren verwarmen niet, de spijze voedt niet, de medicijnen werken niet - indien de Heere Zijn zegen daar niet over gebiedt. Hizkia was ziek tot stervens toe. Hij gebruikte het gebed en de medicijnen, en de Heere genas hem. Alle genezing komt van God, maar de Heere gebruikt in de regel middelen om te genezen. En hoewel God de zieken genezen kan met één woord en zonder medicijnen en medicijnmeesters, belieft het Hem toch de kracht van de kruiden en de medicijnmeesterskunde te gebruiken.

Maar wacht u voor het gebruik van ongeoorloofde middelen, zoals bijgeloof. Dat te doen is de Heere een gruwel.

Jacobus Sceperus, predikant te Gouda (Schatboeck der Onderwysingen voor Kranckenbezoekers, 1670)