Gereformeerde enclave in hartje Siberië
DE GLIND. Het klimaat in Siberië is zwaar en zou depressief kunnen maken, ware het niet dat er zo veel ándere dingen zijn die al moedeloos maken. Maar elke dag die een mens van God krijgt om Zijn Woord te verkondigen, is een unieke kans, stelt een optimistisch blijvende Ernst Toerin, voorganger van een gereformeerde kerk in Tjoemen.
Hij is met vrouw en kind sinds een jaar neergestreken in de ruige industriestad Tjoemen, een stad van 600.000 inwoners, zo’n 4000 kilometer ten oosten van Moskou in het Oeralgebergte. Toerin was met zijn gezin vorige week op de Europese Conferentie van Gereformeerde Kerken (EuCRC) in De Glind.
Toerin (1972) is geboren in Zuid-Afrika en vertrok na de voltooiing van zijn theologische studie in Stellenbosch in 1994 naar Rusland. Hij werkte onder straatkinderen in Sint-Petersburg en organiseerde christelijke jeugdkampen buiten deze stad. In die tijd trouwde hij Elizabeth Engelbrecht, ook uit Zuid-Afrika afkomstig. Zij wonen nu met dochter Nadja in Tjoemen waar hij predikant is van de Gereformeerde Prebyteriaanse Kerk.
Toerin heeft een klein kerkgebouw tot zijn beschikking waar zo’n 25 mensen bijeenkomen, een gemeente die amper vijftien jaar oud is. De grondslag van de kerk vormen de Westminster Confessie, de Heidelbergse Catechismus en de Drie Formulieren van Enigheid, en dat alles in de Russische taal vertaald en nu in gebruik in hartje Siberië.
Het valt echter niet mee om gereformeerd te zijn in een Russische cultuur. „Bijna iedereen is Russisch-orthodox”, vertelt Toerin. „De Russisch-Orthodoxe Kerk is de prominente kerk die nauw verbonden is met de staat. Als je orthodox bent, kun je alles doen en voor elkaar krijgen. De priesters zijn ons vijandig gezind. Ze zien ons als een sekte, een soort vijfde colonne. Ze hebben hun diensten die wel uren duren en die bestaan uit veel buigen en zingen. Er zijn priesters die een preek houden, maar dat is in het oud-Slavisch, dat niemand begrijpt. Je kunt het vergelijken met het Latijn in de kerk van Rome.”
Verder zijn er in Tjoemen veel Tataren die moslims zijn, boeddhistische Mongoliërs en Joden. „Dus alle vier religies zijn er vertegenwoordigd.” Het protestantisme omvat minder dan 1 procent in heel Rusland. Daarvan is 40 procent baptist, 50 procent pinksterkerken en –de resterende– 10 procent omvat luthersen, adventisten en gereformeerden. „Kortom, in totaal zijn er slechts duizend reformatorische christenen in heel Rusland”, zo becijfert Toerin. „We zijn weinig, klein”, zo onderstreept hij in woorden hoe miniem zijn gereformeerde gemeenschap is.
Calvijn impopulair
Calvijn doet het slecht in Rusland. „Men beschouwt hem als een fatalist”, aldus Toerin, „hoewel de ”Institutie” in het Russisch is vertaald. Als ik zeg dat we calvinist zijn, kijken ze mij aan alsof ik van een andere planeet ben. Calvinist wil voor een Rus zo iets zeggen als hypercalvinist zijn: hoe ellendig en zondig je ook bent, je kunt en hoeft niets te doen aan je heil. Ik leg dan uit dat de gereformeerde theologie veel breder is dan Calvijn en dat deze reformator ook missionair gericht was.”
Er is officieel vrijheid van godsdienst in Rusland, maar de werkelijkheid is anders, aldus Toerin. „Er heerst een klimaat van controle. We hebben alle vrijheid om in onze gemeente activiteiten te ontplooien, maar zodra we iets daarbuiten organiseren, moeten we dat melden. De autoriteiten verhinderen dat ook weer niet, maar men wil wel alles registreren. Men is bang voor wanorde en ongeregeldheden.”
Rusland blijft altijd iets ondoorzichtigs houden wat de overheid betreft. Zo zijn er van die regelingen die het opereren van de kerk altijd lastig maakt, zegt de voorganger. „We mogen bijvoorbeeld geen christelijke literatuur verspreiden die niet in Rusland is gedrukt. Daarom hebben we duizenden Bijbels uit Zweden in ons magazijn liggen die we niet mogen uitdelen. Daar staat tegenover dat er genoeg Bijbels in Rusland aanwezig zijn en dat je die overal kunt kopen en verspreiden.”
Zorg vervult Toerin wel over een nieuwe Russische wet die voorschrijft dat alle buitenlandse zendelingen zich moeten registreren. „Ik heb een brief aan de regering geschreven. Als je in één regio werkzaam bent, hoef je niets te doen en zijn er nauwelijks problemen. Maar als ik naar een andere regio verhuis, moet ik mij opnieuw laten registreren en dat kan moeilijkheden opleveren.”
Toerin leeft daarom bij de dag. „In Rusland is alles mogelijk. Je kunt zomaar om onduidelijke redenen opgepakt worden. Je weet niet of je iets doet tegen bepaalde wetten die ineens ingevoerd kunnen worden. In ieder geval bevinden mijn vrouw en kind zich niet in gevaar, voor een voorganger ligt dat weer anders. Maar ik laat me niet door angst leiden. We leven een normaal leven en kunnen het Evangelie met iedereen delen, al is de situatie niet zo vrij meer als in de jaren negentig.”