Imagocampagne Vallei-boeren krijgt elders navolging
BARNEVELD/SCHERPENZEEL. De imagocampagne ”Vallei Boert Bewust”, een initiatief van boeren in de Gelderse en de Utrechtse Vallei, krijgt in andere regio’s navolging.
Zo heeft de nieuwe werkgroep Kromme Rijn Boert en Teelt Bewust al een eerste bedrijf als visitekaartje, in Wijk bij Duurstede. In Salland bestaan vergevorderde plannen om het concept van Vallei Boert Bewust in de eigen omgeving toe te passen. Ook in de Achterhoek wordt een dergelijk regionaal charmeoffensief overwogen.
Contact met de consument leidt tot wederzijds begrip en waardering voor de agrarische sector, is de gedachte achter de campagne. Omdat Vallei Boert Bewust zich blijft concentreren op de eigen regio, is de Stichting Boert Bewust opgericht, waarbij regionale werkgroepen zich kunnen aansluiten.
Jan Overeem, drie jaar geleden mede-initiatiefnemer van de campagne: „Ze mogen gerust onze opzet kopiëren, maar we gaan ze niet intensief begeleiden. Het echte werk moeten mensen in het gebied zelf doen. Wel willen we voor de uitstraling één lijn aanhouden.”
Vallei Boert Bewust ontstond vanuit de varkenshouderij. „Boeren en burgers dichter bij elkaar brengen was het doel. Veel burgers weten niet wat er in onze stallen gebeurt, merkten we. Het imago van de agrarische sector was niet al te best. Zeker over de varkenshouderij bestond veel onbekendheid.”
Zoals?
„Menigeen heeft door beelden in de media de indruk dat varkens in de blubber liggen. Een zeug die gespeend wordt, moet dertien, veertien biggen grootbrengen. Voor ons is het normaal dat ze er dan wat mager uitziet. Wie daar geen benul van heeft, meent echter dat ze slecht wordt verzorgd. Als wij het verhaal erbij kunnen vertellen, snappen de meeste mensen het wel. Ze moeten het alleen eerst zien: de stallen mooi schoon, biggetjes onder de warmtelamp. Het liefst willen we dat iedere consument eens op een varkensbedrijf rondkijkt.”
Vallei Boert Bewust is inmiddels niet meer van varkenshouders alleen?
„Al snel kwamen er andere sectoren bij: pluimveehouders, vleeskuikenhouders, melkveehouders, kalverhouders, vleesveehouders. Nu zijn we bezig met geitenhouders. Bedrijven krijgen een label van Vallei Boert Bewust als ze zich onderscheiden op thema’s als landschappelijke inpassing, energie, milieu, mest, dierenwelzijn en diergezondheid. Aan de hand van een door collega’s uit de sector opgestelde vragenlijst beoordeelt een onafhankelijk persoon of een boer in aanmerking komt. De slager keurt dus niet zijn eigen vlees.”
Een label voor het bedrijf en een bord erbij zijn niet het enige?
„Al twee keer was er een week waarin burgers konden meelopen met een boer. Ze mochten helpen bij het melken of de kalveren voeren. De 25 tot 30 bedrijven die daaraan meededen, kregen aardig wat aanmeldingen. Bij een kop koffie aan de keukentafel kon dan even worden doorgepraat over het boerenwerk, over de regels waarmee boeren te maken hebben. De bedrijven presenteren zich ook op onze site, vaak met een filmpje.”
Is het imago verbeterd?
„Wie een bedrijf met eigen ogen heeft gezien, kan er ook over oordelen. Dan kun je nog van mening verschillen, daar heb ik geen moeite mee, maar met antigroepen als Wakker Dier en Varkens in Nood worden we het nooit eens. Als maar duidelijk is dat we de dieren goed verzorgen. Dat ze veelal worden gehouden om geslacht en opgegeten te worden, is niet anders.’’
Nog plannen?
„In de Vallei doen nu tachtig boeren mee, we willen naar de honderd. We denken erover na om schoolkinderen uit Amsterdam en Rotterdam een mooie dag te geven. Schoolreisjes zouden onze boerderijen als bestemming kunnen krijgen. In schoolboeken wordt nog gesproken over kistkalveren die in het duister in een klein hok werden gemest en over legbatterijen in de pluimveehouderij. Dat was vroeger, maar dat bestaat niet meer. En ’s zomers zijn er veel toeristen uit de Randstad op de Veluwe. Als ze een afspraak maken, kunnen ze een kijkje nemen.”