Donald Trump kietelt NAVO op juiste plek
Volgens Donald Trump moeten alle NAVO-landen aan hun financiële verplichtingen voldoen of anders uit het bondgenootschap vertrekken (RD 28-4). Een goed signaal, vindt Riekelt Pasterkamp.
De Republikeinse presidentskandidaat Donald Trump zei onlangs op een campagnebijeenkomst in Wisconsin dat NAVO-bondgenoten van de VS het nalaten „hun eerlijke aandeel” van de kosten te betalen. „Of ze betalen alsnog, of ze moeten vertrekken”, waarschuwde de vastgoedmagnaat. Hij weigert de Verenigde Staten te zien als „de politieman van de wereld.”
NAVO-landen moeten minimaal 2 procent van hun bruto binnenlands product (bbp) aan defensie uitgeven, maar lang niet alle lidstaten houden zich daaraan. Zo geeft Nederland ‘slechts’ 1,13 procent van het bbp uit aan defensie.
Trump ging nog verder. In de huidige samenstelling is de NAVO, een bondgenootschap van 28 landen, niet geschikt voor de bestrijding van internationaal terrorisme, volgens Trump „de grootste op zichzelf staande bedreiging” van de wereld. Een eventueel verdwijnend bondgenootschap kan hem weinig schelen. „Als de NAVO daardoor uit elkaar valt, dan valt de NAVO maar uit elkaar.” In een interview met The New York Times zei Trump open te staan voor het oprichten van een alternatieve organisatie, die zich bezig zou moeten houden met het bestrijden van terrorisme.
Tal van generaals en admiraals in verschillende landen grepen naar hun verbale wapen. Trans-Atlantische denktanks, professoren die de verhoudingen aan weerszijden van de oceaan bestuderen en zelfs Obama reageerden op de uitlatingen van Trump. Volgens de zittende president begreep de Republikeinse kandidaat weinig tot niets van internationale politiek.
Toch was het Obama zelf die eind vorige maand in Duitsland de Europese lidstaten van de NAVO opriep om hun contributieverplichtingen na te komen en hun defensie niet te verwaarlozen. Obama zei dat hij ook op de komende NAVO-top, begin juli in de Poolse hoofdstad Warschau, alle landen zal oproepen om hun verantwoordelijkheid voor veiligheid te nemen.
Nog tijdens de vorige NAVO-top, in september 2014 in Wales, spraken de NAVO-landen af om binnen tien jaar terug te keren naar de norm van defensie-uitgaven van 2 procent van het nationaal inkomen. Maar tussen woord en daad gaapt een forse kloof. Terwijl Rusland jaar op jaar meer geld besteedt aan de krijgsmacht kijken de meeste Europese landen een andere kant op. Het oude Romeinse gezegde ”si vis pacem, para bellum” (”Als u vrede wilt, bereid u dan voor op oorlog”) is kennelijk niet aan Europa besteed.
Zorgwekkend
De afspraak in Wales om de defensiebegroting op 2 procent van het nationaal inkomen te houden, werd in 2015 naast de Verenigde Staten alleen gehaald door Estland, Griekenland, Polen en het Verenigd Koninkrijk. In enkele landen steeg weliswaar de defensiebegroting, maar werd de 2 procent bij lange na niet gehaald. Dit blijkt uit het jaarrapport 2015 van de secretaris-generaal van de NAVO, Jens Stoltenberg.
Bij grote Europese landen is de situatie zorgwekkend. Het Verenigd Koninkrijk en Duitsland bezuinigen op defensie, terwijl in Frankrijk de uitgaven gelijk blijven. Londen zakt van 2,2 procent naar 2,07 procent, terwijl de uitgaven voor zorg en ontwikkelingshulp wel op peil blijven. Frankrijk blijft steken op 1,8 procent van het nationaal inkomen. Duitsland besteedt slechts 1,2 procent van het nationaal inkomen aan de krijgsmacht. Bovendien vindt 73 procent van de Duitsers dat de NAVO niet meer aan defensie moet uitgeven omdat dit de kans op oorlog groter maakt.
Door al deze bezuinigingen nemen de Verenigde Staten tegenwoordig maar liefst 75 procent van alle NAVO-bestedingen voor hun rekening. Washington besteedt dan ook 3,6 procent van zijn nationaal inkomen aan militaire uitgaven. Geen wonder dat de Verenigde Staten keer op keer de Europese landen erop aanspreken om meer uit te geven.
Gemiddelde
Nederland, in de regel het braafste jongetje van de Europese klas, geeft niet het goede voorbeeld. Defensieminister Hennis-Plasschaert (VVD) vindt dat er zeker 2 miljard euro bij defensie moet, zo zei ze in maart in een radioprogramma. Met dat bedrag komt Nederland op het gemiddelde niveau van Europese NAVO-landen van 1,43 procent van het bbp en „daar zou Nederland zich op moeten richten.”
De huidige defensie-uitgaven van Nederland liggen nu op 1,13 procent van het bbp. Nederland scoort daarmee „onvoldoende”, aldus Hennis. De minister benadrukt dat het niet mogelijk is om in één jaar 2 miljard euro bij te leggen, maar dat bij de volgende kabinetsformatie –na de Kamerverkiezingen van maart 2017– een duidelijke termijn moet worden vastgesteld. Onder Rutte I kromp de begroting van de krijgsmacht van zo’n 8 naar 7 miljard euro, waardoor tanks en schepen werden weggedaan. Later kwam daar weer 600 miljoen euro bij.
Lidmaatschap van een organisatie brengt verplichtingen met zich mee. Zeker als het gaat om veiligheid. Donald Trump kietelt de NAVO dan ook op de juiste plek. Als nu de Europese landen die in 1949 samen met Amerika en Canada de NAVO van de grond tilden, weer eens het initiatief namen? Werk aan de financiële winkel voor België, Denemarken, Frankrijk, IJsland, Italië, Luxemburg, Noorwegen, Portugal én Nederland.
De auteur is freelance journalist defensie & veiligheid.