Na de ‘plofkip’ ligt nu de ‘plofplant’ onder vuur
AMSTERDAM. Geïnspireerd door het succes van de plofkipacties van Wakker Dier is Greenpeace maandag gestart met een campagne tegen pesticiden. Ook de milieuorganisatie richt haar pijlen rechtstreeks op de supermarkten om een verandering in de landbouw op gang te brengen. Land- en tuinbouworganisatie LTO noemt de actie contraproductief.
Greenpeace roept de drie grootste supermarktketens –Albert Heijn, Jumbo en Lidl– ertoe op „bijengif” in de ban te doen. De organisatie pleit voor een „bovenwettelijke zwarte lijst” van bestrijdingsmiddelen die in de hele productieketen verboden zouden moeten worden.
Op haar website heeft Greenpeace een onlinepetitie geplaatst, die consumenten kunnen ondertekenen. „Ik wil niet dat voor mijn aardappelen, groenten en fruit het milieu wordt vervuild en onmisbare bestuivers zoals bijen en hommels doodgaan. (…) Leg daarom meer gifvrije producten in het schap (…) en steun boeren die ecologisch gaan telen”, zo heet het in de oproep. Vanmorgen hadden zo’n 14.000 mensen hun steun betuigd.
In een toelichting rept Greenpeace van ”plofplanten”. De teelt van gewassen „is veranderd in fabriekswerk: velden vol dezelfde gewassen die snel en gemakkelijk geoogst kunnen worden.” Om ziekten en plagen in deze „monoculturen” aan te pakken, gebruiken Nederlandse boeren volgens Greenpeace „miljoenen kilo’s gif.” Op de achtergrond ziet de bezoeker van de website filmpjes van rondzoemende –én dode– bijen en een tractor met een spuitmachine in actie.
Een andere overeenkomst met de plofkipcampagnes van Wakker Dier is dat nuances ontbreken. Greenpeace gooit bijvoorbeeld allerlei bestrijdingsmiddelen op één hoop onder de vlag ”bijengif” en kaart en passant ook problemen zoals afnemende biodiversiteit, vermesting en verdroging van landbouwgrond aan.
De aanduiding ”bijengif” komt uit de koker van tegenstanders van een bepaalde groep insecticiden, de neonicotinoïden. Deze bestrijdingsmiddelen zouden een rol spelen bij bijensterfte: het verschijnsel dat bijenvolken in sommige jaren niet of gehavend door de winter komen. Wetenschappers zijn het daar echter niet met elkaar over eens.
Volgens Joris Baecke, specialist plantgezondheid bij LTO, legt Greenpeace „een-op-een” verbanden die „niet of onvoldoende” wetenschappelijk zijn onderbouwd. Baecke wijst erop dat Nederlandse telers vergeleken met het buitenland juist vooroplopen met het terugdringen van de afhankelijkheid van chemische middelen.
Twee jaar geleden zette LTO –samen met onder meer Greenpeace– zijn handtekening onder het actieprogramma bijengezondheid. Volgens Baecke wijst dat een betere weg dan de campagne die Greenpeace nu start: het programma beperkt zich niet tot insecticiden, maar richt zich op „alle factoren die bijdragen aan bijengezondheid.”
Prijs
Een onderwerp dat Greenpeace in de campagne ook aansnijdt, is de beloning voor de teler, lees de prijs die de teler voor zijn aardappelen, groente of fruit ontvangt. Supermarkten zijn „prijsvechters” die boeren „afknijpen.” Die laatsten moeten voor minder geld steeds meer produceren, stelt de milieuorganisatie.
Die kritiek hebben boeren en tuinders zelf trouwens ook. Vorig jaar nog was de „macht van de supermarkten” een van de redenen voor vijf –inmiddels zes– grote telersorganisaties om een collectief op te richten, dat de noodlijdende glasgroenteteelt weer perspectief moet geven. Onder voorzitterschap van oud-minister Cees Veerman streeft het collectief onder meer naar „een consumentenprijs die structureel boven de kostprijs van de telers ligt.”
Tot een algemene oproep om telers hogere prijzen te betalen komt Greenpeace niet. Die blijft beperkt tot boeren die overstappen op „ecologisch” telen, een minder juiste aanduiding van biologische landbouw.
De drie supermarktketens reageerden maandag in het AD terughoudend op de campagne van Greenpeace.