Chemo bij borstkanker vaak onnodig
Jaarlijks krijgen ongeveer 2500 borstkankerpatiënten in Nederland na hun operatie een zware chemokuur, terwijl dit niet had gehoeven.
Dat meldde het Antoni van Leeuwenhoek-ziekenhuis (AvL) in Amsterdam maandag op basis van een grote internationale studie naar de werkzaamheid van een specifieke test, de MammaPrint.
De MammaPrint is een test die de activiteit van zeventig verschillende genen in kaart brengt. Daarmee krijgt een arts informatie over hoe groot het persoonlijk risico is dat een patiënte met borstkanker binnen vijf jaar uitzaaiingen zal ontwikkelen. De test is ruim tien jaar geleden ontwikkeld door het AvL.
Het Europese onderzoek werd uitgevoerd onder 6693 borstkankerpatiënten, van wie ruim 2000 uit Nederland. Volgens de onderzoekers is definitief aangetoond dat deze test veilig kan voorspellen voor welke vrouwen met hormoongevoelige borstkanker in een vroeg stadium chemotherapie nodig is, en voor welke niet. Dit werd eerder al voorzichtig aangetoond in kleinere studies.
Jaarlijks krijgen 14.000 vrouwen in ons land de diagnose borstkanker. Van hen heeft 80 procent te maken met een hormoongevoelige vorm.
Vrouwen met borstkanker krijgen na hun operatie vaak aanvullende chemotherapie om uitzaaiingen te voorkomen. Maar als blijkt dat de kans op uitzaaiingen erg klein is, kan chemotherapie deze patiënten bespaard blijven. „Hun kans op overleving is even goed met of zonder chemotherapie”, aldus het AvL.
De nieuwe studie (Mindact) toont aan dat de MammaPrint breder kan worden ingezet dan tot nu toe gebeurt. Op dit moment wordt de test alleen gebruikt als de tumor kleiner is dan 2 centimeter en als er geen aangetaste lymfeklieren zijn. Nu blijkt dat de MammaPrint ook kan worden ingezet om te kijken of chemotherapie zinvol is bij vrouwen met maximaal drie aangetaste lymfeklieren in de oksel en/of een tumorafmeting tot 5 centimeter. Dit vergroot de groep borstkankerpatiënten voor wie de MammaPrint een nuttig instrument is met 4000 vrouwen per jaar. Hun kans op overleving is even goed met of zonder chemotherapie. Bij deze groep is de vaak belastende behandeling dus ook niet nodig.
Prof. dr. Emiel Rutgers, chirurg in het AvL, is de Nederlandse coördinator van de studie. „Dit onderzoek is ontworpen om definitief aan te tonen of het veilig is als vrouwen met een laag risico op basis van de uitkomst van de MammaPrint afzien van chemotherapie. Dat blijkt inderdaad zo te zijn. Van de 1550 vrouwen die in deze laagrisicogroep vielen, heeft de helft chemotherapie gekregen en de helft niet. In beide groepen was het percentage vrouwen dat in de jaren erna ziektevrij bleef gelijk, namelijk 95 procent”, aldus Rutgers.
Er bleek bovendien, net als bij de vorige studies, geregeld een verschil te zijn tussen de uitslag van klassieke pathologische tests, waarbij tumorweefsel wordt geanalyseerd, en de uitkomst van de MammaPrint. In 46 procent van de gevallen waarbij volgens deze klassieke inschatting de tumor een hoog risico op uitzaaiing had, gaf de MammaPrint toch een laag risico aan. Dat wijst er dus op dat veel borstkankerpatiënten worden overbehandeld.
Rutgers: „In Nederland gaat het om zo’n 2500 vrouwen per jaar voor wie chemotherapie geen overlevingswinst biedt. Het is goed als we hen de belastende en ongunstige bijwerkingen van deze behandeling kunnen besparen. Dat bespaart ook kosten.”