Schadeclaims tegen DuPont voorbereid
DORDRECHT. Het Zwijndrechtse juridisch adviesbureau PKLC bereidt een collectieve schadeclaim voor tegen de Dordtse fabriek Chemours, die vorig jaar werd afgesplitst van chemiereus DuPont. Dit omdat inwoners van Dordrecht, Papendrecht en Sliedrecht tussen 1970 en 2013 „waarschijnlijk kankerverwekkende” stoffen inademden.
Chemiebedrijf DuPont heeft sinds 1962 een grote productievestiging in Dordrecht. De onderneming ontwikkelt en produceert door haarzelf geregistreerde merknamen als Teflon (gebruikt als antiaanbaklaag), Nylon en Kevlar (hoofdbestanddeel in kogelwerende vesten).
Hierbij hebben de DuPontfabrieken wereldwijd echter decennialang giftige gassen uitgestoten. Onder meer de hulpstof PFOA (perfluoroctaanzuur) staat als riskant te boek. Vanwege deze stof, gebruikt bij de productie van Teflon, ligt DuPont in de Verenigde Staten sinds eind 2011 onder vuur, met grootschalige media-aandacht en nog grotere schadeclaims.
Uitstoot
Momenteel ligt Dordrecht in het vizier. Ook hier werd PFOA uitgestoten, stelt een eind maart uitgekomen RIVM-rapport. Omwonenden van de fabriek hebben volgens het rapport hierdoor jarenlang waarschijnlijk een hogere concentratie van de stof ingeademd dan verantwoord was. Na 2002 zou de maximaal toegestane uitstoot niet meer zijn overschreden.
Drie jaar geleden kwam de stof op de Europese lijst van zeer zorgwekkende stoffen. Sindsdien gebruikt DuPont een andere stof.
Over de gevolgen van de jarenlange blootstelling aan PFOA lopen de meningen fors uiteen, weet directeur Eric Meijer van juridisch adviesbureau PKLC. De Zwijndrechtse omgevingsjurist bereidt sinds vorige week een mogelijke collectieve schadeclaim voor tegen Chemours.
Volgens het RIVM hoopt de stof zich op in het lichaam, is hij moeilijk afbreekbaar, schadelijk voor de voortplanting en mogelijk kankerverwekkend. Tegelijkertijd lijkt in dierproefstudies het extra risico op kanker beperkt te zijn. Het RIVM sluit echter andere gezondheidseffecten, zoals aandoeningen aan de lever, niet uit.
Amerikaanse deskundigen uitten tijdens een inloopavond van de provincie Zuid-Holland en de gemeente Dordrecht vorige week dinsdag forse kritiek op deze conclusies. Meijer: „Ze vroegen of het RIVM ook onderzoeken uit Amerika bij het rapport had betrokken. Dit bleek niet het geval.”
Grotere gevolgen
Volgens die overzeese onderzoeken zouden de gevolgen van de PFOA-uitstoot groter zijn dan het RIVM denkt. Wel stonden de deskundigen niet geheel neutraal in hun vraagstellingen, nuanceert Meijer. „Ze heetten er uit sociaal belang te zijn maar er zit ook een businessmodel achter, met het oog op letselschadeclaims.”
DuPontonderzoekers constateerden overigens al sinds 1961 schadelijke gevolgen van PFOA in proefdieren en later bij (kinderen van) werknemers, aldus The New York Times op 6 januari.
Meijer betwijfelt echter of Nederlanders hun lot in handen van een grote advocaat uit New York willen leggen. Zelf steekt hij graag op een „nuchtere Hollandse” manier in op de kwestie. „We houden een aantal bijeenkomsten waarin we mensen op verhaal willen laten komen. Wie wil, brengen wij in contact met medisch specialisten van onder meer het Albert Schweitzerziekenhuis in Dordrecht. Hoe meer mensen aantoonbaar gevolgen ondervinden van de PFOA-uitstoot, hoe meer stappen we nemen richting rechtszaken. Zowel collectief als op maat, afhankelijk van de ernst.”
Via een website hebben zich sinds vorige week zo’n honderd mensen bij Meijer aangemeld. Ook De Koning Advocaten uit Dordrecht meldt „tientallen aanmeldingen” te hebben ontvangen.
Overigens ziet Meijer DuPont/Chemours niet als enige boosdoener. „De Omgevingsdienst van de provincie Zuid-Holland heeft al die jaren metingen verricht en aan DuPont de milieuvergunningen verstrekt. Verder vraag ik mij af of de staat PFOA niet al jaren geleden als gevaarlijk had moeten aanmerken. De provinciale en de landelijke overheid zijn hiermee net zo goed verantwoordelijk voor de gevolgen.”
Niet vooruitlopen
In reactie op de ontwikkelingen wil directeur Erik Meijer van Chemours Dordrecht –niet te verwarren met de Zwijndrechtse jurist– niet vooruitlopen op mogelijke schadeclaims, zei hij donderdagavond.
Daarom wil hij niet ingaan op de vraag naar Chemours’ verantwoordelijkheid in de kwestie. „Wel wil ik benadrukken dat DuPont zelf sinds 2002 wereldwijd zijn verantwoordelijkheid heeft genomen om het gebruik van PFOA steeds verder te minimaliseren en uit te faseren vanwege zijn schadelijke eigenschappen.”
Alternatief
In de tussentijd investeerde het chemieconcern volgens hem fors in het zoeken van een alternatief. In 2012 stapte DuPont definitief over op het zelfontwikkelde GenX. Meijer: „Deze stof stapelt zich niet op in het lichaam en is niet kankerverwekkend. Daarnaast stoten onze fabrieken hiervan veel kleinere hoeveelheden uit.”
Op 3 maart legde een rapport van het Amerikaanse nieuwsplatform The Intercept de vervangende stof GenX op de snijtafel. GenX zou vergelijkbare schadelijke effecten hebben als zijn voorganger PFOA.
DuPont in de VS verwerpt deze stelling.
Studie FNV naar ziekten werknemers
AMSTERDAM. Het Bureau Beroepsziekten van de FNV gaat onderzoek doen naar de ziekten van werkneemsters van DuPont. Tientallen vrouwen die in de jaren 80 op de inpakafdeling van de Dordtse lycrafabriek werkten, klagen over gezondheidsproblemen als onvruchtbaarheid, miskramen, doodgeboren baby’s, baarmoederhalskanker, aldus RTV Rijnmond donderdag.
De vruchtbaarheidsproblemen kunnen zijn veroorzaakt door de productie van lycra, waarin de giftige stof dimethylaceetamide (DMAC) is verwerkt.