„Hervormde synode verantwoordelijk voor breuk”
De hervormde synode en het moderamen zijn verantwoordelijk voor een onherstelbare breuk in de kerk. Zij wisten dat het tot deze breuk zou komen, maar hebben die niet verhinderd. Dat was donderdag in Utrecht de grondtoon van veel bezwaren ten overstaan van de generale commissie voor bezwaren en geschillen.
Zo’n vijftig bezwaarde sprekers formuleerden hun grieven tegen het verenigingsbesluit, dat volgens hen als nietig en ondeugdelijk verklaard moest worden. Ook het hervormde moderamen was op de vergadering aanwezig. Ongeveer 135 hervormde kerkenraden en in totaal 4000 gemeenteleden hebben protest aangetekend tegen het verenigingsbesluit van 12 december 2003.
Ds. W. van Weelden (Oud-Alblas, namens de classis Alblasserdam) zei dat de manier waarop de synode de bezwaarden behandelt „iedere vorm van fatsoen tart.” „De generale synode heeft willens en wetens voor de breuk gekozen en deze breuk voorzien. Is de synode soms bevoegd om een besluit te nemen dat de hele kerk breekt?”
Ds. J. L. Schreuders (Aalst) noemde de stemming op 12 december „chaotisch, onoverzichtelijk en onprofessioneel.” Er had eerst appèl nominaal moeten zijn. Het verenigingsbesluit druist in tegen het burgerlijk recht. „De vrijheid van godsdienst geldt niet alleen voor individuen, maar ook voor kerkelijke lichamen en dus ook voor gemeenten. De Hervormde Kerk bestaat uit alle gemeenten en zolang er één gemeente bestaat, kan de Hervormde Kerk niet opgeheven worden. Reeds nu zijn er onherstelbare breuken geslagen en zijn al tientallen predikanten overspannen.”
Ds. H. van den Belt (Delft) noemde het verenigingsbesluit een „verzwakking” van het gereformeerde karakter van de nieuwe kerk. De synode had in een verdubbelde vertegenwoordiging moeten zijn bij zo’n ingrijpend besluit. J. W. Innemee (Elst) zei moedeloos te zijn van alles wat al gezegd en ingebracht is. Tegen de commissie: „U hebt inmiddels zo veel gehoord dat u misschien verhard bent. Alles wat uit Gods Woord ingebracht wordt, verklaart de synode ongegrond. Het is toch niet zo dat Gods Woord ongegrond verklaard wordt?”
Ds. D. Heemskerk (Garderen) noemde de bezwaren een gewetenszaak. „Voor God en ons geweten kunnen wij niet anders handelen en dát juist willen het moderamen en de synode niet aanvaarden. Het geweten wordt ons ontnomen. Aanvaarding van de nieuwe kerkorde is verloochening van het gezag van Gods Woord en de gereformeerde belijdenis. Er is voor iedereen respect, waarom niet voor onze zienswijze?” Ook twee zoons van ds. Heemskerk verwoordden hun bezwaren. A. Heemskerk: „Het moderamen gaat nog steeds op ramkoers zonder rekening te houden met bezwaarden.” A. J. Heemskerk noemde het een „leugen” toen dr. Plaisier recent zei dat de bezwaarden de fusie aangrijpen om te scheuren. Hij werd tot de orde geroepen door de voorzitster, mevrouw M. G. J. Parkins-de Vin. „U moet niet persoonlijk worden.”
G. G. van Delft verklaarde namens de gemeenten Morgenster en De Noord in Katwijk aan Zee: „Wij kunnen niets anders dan blijven bij de gereformeerde confessie die de grondslag is van de Hervormde Kerk. De kerk ontneemt ons de vrijheid van geloof en geweten. De fusie zal een historische vergissing zijn omdat ons land ontstaan is uit de strijd om de vrijheid van godsdienst.” Ook ds. A. den Hartog (Kesteren) wees op het ontnemen van de vrijheid van godsdienst. De PKN is een geheel nieuwe kerk met een nieuwe kerkorde en een nieuw geloof vanwege de elkaar tegensprekende belijdenissen. „Wat vroeger getolereerd werd in de Hervormde Kerk, wordt nu gelegitimeerd. Bij al de pluriformiteit in de Hervormde Kerk bleef elk lid aanspreekbaar op de Drie Formulieren.”
P. D. Knöps (Nieuwe-Tonge) noemde het onbegrijpelijk dat de synode toestaat dat kerk en school scheuren vanwege een vereniging die „van bovenaf opgelegd” wordt. „Het is een bedroeven van de Heilige Geest. De Hervormde Kerk is fundament van onze Nederlandse staat en dat haalt u nu omver. U haalt een oordeel over de kerk, u handelt tegen het Woord. De nieuwe kerk heeft geen toekomst omdat God er niet van weet.” Kandidaat drs. G. J. Blankers (Woudenberg) legde een verband tussen de PKN en de vader der leugenen, die een mensenmoordenaar is van den beginne.
Ds. M. Baan (Nijkerk) wees erop dat volgens het burgerlijk recht een besluit geen onevenredig nadelige gevolgen mag hebben. Dat moet toch zeker ook in de kerk gelden? De synode zal gewetensbezwaarden moeten erkennen als „bestaanbaar en bestaand.” De synode kan niet volstaan met de hoop dat de bezwaarden de weg van de PKN zullen gaan, omdat velen al te kennen gegeven hebben die weg niet te gaan. „Het klassiek gereformeerde standpunt heeft de oudste papieren in de Hervormde Kerk”, zei hij verder. „Nu mag dit alleen plaatselijk beleefd worden, een vierkant rondje, maar bovenplaatselijk mag dat niet meer.”
Volgens ds. J. W. van Estrik (Goedereede, ook als consulent van Ouddorp) voorziet de kerkorde niet in de bevoegdheid om de kerk op te heffen, en toch gebeurt het. De kerk als moeder ondergaat een „onherkenbare facelift.” Ds. A. Kot (Schoonrewoerd) noemde het verenigingsbesluit niet wettig omdat het strijdig is met Gods Woord. Het belijden van de nieuwe kerk is niet meer dat van de Hervormde Kerk, zodat de synode tegen haar eigen kerkorde handelt. „De breuk kan nog te elfder ure voorkomen worden, als er maar een wil is.”
Ds. H. van Ginkel (Goes, hoofdbestuurslid van de Gereformeerde Bond), herhaalde zijn standpunt dat er geen reden is om te breken met de kerk, „maar de breuk komt er en voltrekt zich in alle hevigheid.” Het moderamen wist volgens hem dat zich in honderden gemeenten breuken voltrekken. „Het moderamen benoemt dit feit niet en heeft de synode niet gewezen op de naderende breuk. Ik sluit niet uit dat, als de synodeleden geweten hadden van de gevolgen van het verenigingsbesluit, de beslissing anders gevallen zou zijn.”
Dr. D. de Vos (Oegstgeest) noemde de „gedwongen” toetreding van hervormden tot PKN juridisch en kerkrechtelijk onaanvaardbaar. „Predikanten die na 1 mei niet mee willen gaan, moeten de biezen pakken en verkeren na 1 mei in benarde omstandigheden, terwijl de synodepreses een aantrekkelijke functie krijgt bij een RDC. Dat is meten met twee maten.” De naam Hervormde Kerk is volgens hem na 1 mei juridisch vrij te gebruiken.
A. den Ouden (Staphorst) wees erop dat de komende breuk de hele samenleving doortrekt; hij gaat ook dwars door gezinnen en maatschappelijke instellingen. „Ik beroep me op de keizer, dat is: op Gods genadeverbond. Er is in Nederland één kerk die begonnen is met Bonifatius en gezuiverd in de Reformatie. Hoe kan de kerk besluiten tot een fusie die de afscheiding legitimeert en het genadeverbond ontkracht?”
De hervormde synodepreses ds. A. W. van der Plas zei dat de synode steeds grote aandacht gehad heeft voor de bezwaarden. „Dit leidde wel tot wijzigingen van de kerkorde, maar niet van het standpunt van de bezwaarden. Telkens is er van synodewege op gewezen dat de verontrusting niet nodig is, maar dat er voor bezwaarden alle ruimte is binnen de PKN om voluit hervormd te zijn en als hervormde gemeente te leven vanuit het gereformeerde belijden. De synode achtte het echter voor het geheel der kerk verantwoord en goed om een eind te maken aan de jarenlange onzekerheid over de toekomst van de kerk. Volgens de DKO moet wat door de meeste stemmen goedgevonden is voor „vast en bondig” gehouden worden. Daarbij heeft de synode al het mogelijke gedaan om het geheel van de kerk bijeen te houden.”