Grensovergang Hazeldonk op de grens van Nederland en België, woensdagmorgen, halfnegen. Politievoertuigen rijden af en aan. Agenten lopen in kogelwerende vesten. Marechaussee dragen zware wapens. Na de aanslagen in Brussel zijn de grenscontroles opgevoerd.

Koud

De Koerdische Omed Taha (43) uit België is net van de weg geplukt. Achter in zijn kleine Hyundai zitten enkele passagiers. Ontstemd wijst een agente erop dat een kind geen veiligheidsriem draagt. Taha maalt niet om de grenscontrole. „Ik vind die juist goed. We leven in een moeilijke periode.”

De grenscontrole gaat de 36-jarige Nordin uit het Belgische Mechelen tijd kosten. De Belg met Marok­kaanse wortels is op weg naar een cursus in Breda. Nordin, die net is geopereerd aan zijn pols en een mitella draagt, heeft zijn identiteitsbewijs niet bij zich. Via zijn smartphone belt hij met een bekende. „Mijn identiteitspas ligt nog bij mijn ziekenhuis­papieren. Wil je alles wat je kunt vinden snel whatsappen? Nu, alsjeblieft.”

Dat hij gecontroleerd wordt, vindt Nordin een goede zaak. „Wat mij betreft mag die controle strenger. Ik leef mee met de slachtoffers van de aanslagen. Onschuldige mensen zijn om­gekomen.”

Hij haalt een sigaret tevoorschijn. „’t Is hier koud zeg!”

„En dan sta je hier ook nog eens gespannen”, reageert een agente.

„Helemaal niet”, zegt Nordin. „Ik vind het goed dat jullie hier staan.”

Nordin weet dat nogal wat Belgen van Marokkaanse komaf in extremistisch islamitische kringen verkeren. „Sommige Marokkaanse jongens uit mijn omgeving zijn op het slechte pad geraakt. Enkele van die criminelen hebben spijt van hun daden en zoeken vergiffenis. Zij zouden kunnen worden gehersenspoeld door IS.”

Frans

Intussen moeten vier Franstalige jongemannen in een grijze BMW hun identiteitsbewijzen tonen. Een van de politiemensen, die de chauffeur aanspreekt, worstelt met de taal. Hij wendt zich tot zijn collega’s. „Spreekt iemand van jullie Frans?”

„Google Translate”, oppert een collega, doelend op het vertaalprogramma van de zoekmachine Google.

De vier jongemannen zeggen op weg te zijn naar Amsterdam. „Hasj?” informeert de agent.

„Prostituee”, reageert de chauffeur.

Opperwachtmeester Harold Kol van de Koninklijke Marechaussee wil niet veel kwijt over de criteria die de marechaussee gebruikt om auto’s van de weg te halen. „Dat is ook een kwestie van dingen aanvoelen.”

De meeste voertuigen uit België kunnen deze woensdagmorgen gewoon doorrijden bij grens­overgang Hazeldonk. Ook vrachtwagenchauffeur Wilfred van de Werfhorst (46) uit Apeldoorn is geen strobreed in de weggelegd. Hij vindt de verscherpte grenscontroles een goede zaak. „Dat bevordert de veiligheid. Tussen bijvoorbeeld asielzoekers kunnen gekken zitten”, vertelt hij van achter het stuur.

Als het aan Van der Werfhorst ligt, mogen de grenscontroles worden opgevoerd. Hij vindt dat de Britten hun zaakjes beter op orde hebben. „Als ik uit Engeland kom, ben ik anderhalf uur kwijt om door de douane te komen.”

Twijfels

Trucker Wim de Bruijn (48) uit Giessenburg heeft zijn twijfels bij open grenzen. „Die grens­controles hadden ze voorheen nooit moeten opheffen. Het is er niet veiliger op geworden.”

De grenscontroles na de terreuraanslagen van dinsdag in Brussel zijn bepaald niet waterdicht, betoogt De Bruijn. „Als een automobilist zich bijvoorbeeld vermomt, kan die zo door de controle komen.”