„We gebruiken bewust het woord ”home”, niet ”house””, zei project­leider R. Oolbekkink donderdag. „Het gaat om huis­vesting die asielzoekers een gezellig thuis biedt.”

Dinsdag sloot de inzendings­termijn. Er deden 366 mensen mee aan de prijsvraag, van wie 78 procent professionals en 22 procent studenten. Bijna een derde van deze inzendingen betreft een voorstel voor het ombouwen van leegstaande panden. Van de 50 miljoen vierkante meter aan lege kantoren, bedrijven en scholen kan een deel worden verbouwd tot goedkope woningen.

De overige inzendingen tonen ontwerpen voor flexibele wooneenheden. Die moeten ook geschikt zijn voor andere doelgroepen. Over de inhoud van de inzendingen wil projectleider Oolbekkink nog niets zeggen. „Die gaan we als jury eerst bekijken.”

De prijsvraag is een initiatief van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) in samen­werking met rijksbouwmeester F. Alkemade. Zij vroegen een antwoord te geven op de vraag hoe het COA beter kan inspelen op de steeds wisselende vraag naar huisvesting voor asielzoekers en hun tegelijkertijd een passend tijde­lijk thuis kan worden geboden.

De animo onder ontwerpers om een antwoord te geven op dit urgente maatschappelijke vraagstuk bleek groot te zijn, zeggen de initiatiefnemers. Van de deel­nemende professionals is 64 procent ontwerper. Met name architecten deden mee, maar ook stedenbouwkundigen, interieurarchitecten, product­ontwerpers en kunstenaars. In veel gevallen werkten ze in teams.

Van de deelnemende studenten zit bijna de helft op de TU Delft. Vier procent van alle deelnemers komt uit het buitenland.