Het parlement van Sierra Leone nam vorig jaar december een wet aan die het vrouwen mogelijk maakt tot de twaalfde week van hun zwangerschap abortus te laten plegen, om wat voor reden dan ook. Daarnaast schept de wet ruimte voor abortus tot de 24e week in geval van incest, verkrachting of ernstige afwijkingen bij de foetus. Onder de oude wet, uit 1861, was zwangerschapsafbreking enkel toegestaan in het geval het leven van de moeder gevaar liep.

President Ernest Bai Koroma, lid van een methodistische kerk, maakte vorige week echter duidelijk geen handtekening onder de wet te zullen zetten. Volgens hem druist die namelijk in tegen de grondwet van het land, waarin het recht op leven wordt gewaarborgd. Koroma stuurde de wet ter beoordeling door naar een comité dat werkt aan de herziening van een grondwet.

In januari stuurde Koromo de wet al terug naar het parlement, met het verzoek die op verschillende punten te herzien. Hij droeg toen aan dat de wet buiten de kaders trad van een protocol over vrouwenrechten van de Afrikaanse Unie. Daarin wordt abortus alleen in geval van seksueel misbruik en in medische noodsituaties ondersteund. Het parlement stuurde de wet vorige maand echter ongewijzigd terug naar het presidentieel paleis.

Onder de huidige grondwet van het West-Afrikaanse land kan de president geen veto uitspreken over een wet als die gesteund wordt door tweederde van het parlement. De voorzitter van het parlement kan hem feitelijk ook tekenen, maar de kans is volgens waarnemers klein dat hij dat zal doen. Die komt namelijk uit dezelfde politieke stal als de president.

De bevolking van Sierra Leone is overwegend islamitisch (zo’n 78 procent), terwijl er daarnaast een forse christelijke minderheid bestaat (21 procent). Koromo had in januari een ontmoeting met leider van de Interreligieuze Raad van Sierra Leone, die sterk gekant is tegen abortus. De president merkte toen op dat de Raad een zeer groot deel van de bevolking vertegenwoordigt.

Dat de wet er ondanks dat gegeven in het parlement toch doorkwam, lijkt verband te houden met de overweging dat de wet de levens van vrouwen zou kunnen sparen en trauma’s van ongewenste zwangerschappen zou kunnen voorkomen. In Sierra Leone sterft in ruim 10 procent van de zwangerschappen de moeder: een ongekend hoog percentage. Op elke 100.000 geboorten overlijden er bovendien 1360 kinderen.

Als de wet er uiteindelijk toch doorkomt, behoort Sierra Leone met Kaapverdië, Zuid-Afrika, Tunesië en Zambia tot de landen met de meest liberale abortuswetgeving van Afrika. In elf landen op het continent is abortus in alle gevallen verboden.

In Afrika vinden naar schatting jaarlijks zo’n 6 miljoen abortussen plaats, in de meeste gevallen illegaal. In 2008 eindigde volgens cijfers van het Amerikaanse pro-abortusorganisatie Guttmacher Institute 13 procent van alle zwangerschappen in Afrika in een abortus.