Noorse Zeemanskerk veilige haven voor zonen op zee
ROTTERDAM. Scandinavische zeelui vielen in Nederlandse en Antwerpse havens in de negentiende eeuw weleens ten prooi aan verleiding en uitbuiting. De Noorse Zeemansmissie probeerde tegenwicht te bieden, blijkt uit onderzoek van Virginia Hoel.
Hoel is cultuurhistorica en promovenda bij de Open Universiteit. In haar proefschrift ”Faith, Fatherland and the Norwegian Seaman” onderzoekt ze het werk van de Noorse zeemanspastores in Antwerpen en Amsterdam/Rotterdam (1864-1920). De promotie vindt vrijdag plaats in de Noorse kerk in Rotterdam.
”Vereeniging tot verkondiging van het evangelie onder Scandinavische zeelieden in vreemde havens” was de oorspronkelijke naam van de Zeemansmissie. Deze organisatie moest ervoor zorgen dat over de hele wereld de ”zonen op zee” contact bleven houden met het thuisfront en de daar heersende normen en waarden. De kennis over Noren in de havens was summier. Hoel concentreert zich op de zeemanskerken in België en Nederland.
Rijk archief
De stichting van de Noorse kerk in Antwerpen was pionierswerk. Een zeemanskerk was daar nog onbekend. Bovendien moesten de lutherse Noorse pastores behoorlijk wennen binnen de rooms-katholieke gemeenschap. In de Nederlandse havens waren de religieuze verhoudingen meer gemengd. De typisch Noorse, volledig houten kerk aan de Rotterdamse Parkhaven is vandaag de dag een rijksmonument.
De oprichting van de Noorse zeemansmissie was een van de vele initiatieven van vrijwilligers die tot stand kwamen in de jaren 1850. Hoel raadpleegde voor het onderzoek het rijke archief met brieven tussen de missiestations en het hoofdkantoor in Bergen. Rapporten werden gepubliceerd in het blad voor het thuisfront ”Bud og Hilsen” – Nieuws en Groeten. Zeelieden werden ertoe opgeroepen diensten bij te wonen in de kerk. De leeskamer was het veilige en voordelige thuis, als alternatief voor de vele kroegen. Er vonden veel activiteiten plaats: via het voorlezen van gedichten, het lezen van boeken en het vertonen van films werden de doorgaans jonge zeelieden bekendgemaakt met de Noorse cultuur.
Zachte handen
Het thuisfront had in de missie een belangrijke rol. In een tijd waarin vrouwen nauwelijks rechten hadden, verwierven zij een sterke positie in het werk voor de zeelieden. De „vrouwen thuis” met hun „zachte handen” werden vaak genoemd en geprezen tijdens kerstvieringen en andere evenementen. Zij zamelden geld in en zorgden voor de kerstcadeaus die tijdens de vieringen werden verdeeld.
In de toenmalige nationale retoriek werden begrippen zoals familie, thuis en natie samengeknoopt tot één geheel, laat Hoel zien. Op deze manier bleven de buiten de grenzen verblijvende zeelieden deel uitmaken van de Noorse gemeenschap thuis.