Koeien krijgen geen wettelijk recht op weidegang
DEN HAAG. De toekomst van de melkveehouderij blijft de Haagse gemoederen bezighouden. De Kamerfracties van SP, GroenLinks en D66 willen koeien via de wet het recht geven de wei in de gaan. Staatssecretaris Van Dam (Economische Zaken) voelt daar niets voor.
De dag dat Van Dam na acht maanden onderhandelen met de sector de uitwerking van het stelsel van fosfaatrechten bekendmaakte –afgelopen donderdag– stuurde hij ook een brief over weidegang naar de Kamer. Het was een reactie op de initiatiefnota ”Wei voor de koe”, waarmee SP, GroenLinks en D66 in oktober de knuppel in het hoenderhok gooiden.
Koeien moeten het wettelijk recht krijgen om te grazen, vinden deze partijen. Weidegang moet bovendien een voorwaarde worden als boeren hun bedrijf willen uitbreiden. In de wei lopen is beter voor de gezondheid en het welzijn van de dieren, beter voor weidevogels en milieu en ten slotte heeft ook de boer er in de meeste gevallen financieel voordeel van, zo stellen de drie fracties.
Ze zien de schaalvergroting in de melkveehouderij doorgaan en vrezen dat deze sector steeds meer het karakter krijgt van een ‘bio-industrie’. Koeien moeten hun natuurlijk gedrag kunnen vertonen, en dus kunnen grazen. Niet weiden dient de uitzondering te worden, waarvoor speciaal ontheffing moet worden verleend.
Natuurlijk onderschrijft Van Dam het belang van weidegang en hij wil die ook bevorderen. Zo heeft hij 1 miljoen euro beschikbaar gesteld om melkveehouders die hun koeien (weer) de wei in willen doen, te trainen voor de juiste aanpak. En uit de noodsteun die Brussel na de boerenprotesten van vorige zomer beschikbaar stelde, maakt Van Dam 4 miljoen euro vrij om vroeg weiden –voordat het gras voor het eerst gemaaid wordt– te belonen. Verder is er een fiscaal voordeeltje voor boeren die de bouw van een nieuwe stal combineren met weidegang. Ook provincies kunnen meehelpen, door bijvoorbeeld kavelruil te bevorderen, en Van Dam gaat ze daar nog eens op wijzen.
Al met al is de staatssecretaris redelijk optimistisch gestemd. De ambitie van het kabinet om het percentage koeien dat de wei in gaat te vergroten van 69 procent in 2014 naar 80 procent in 2020 moet met een beetje goede wil haalbaar zijn, zo is zijn boodschap. Daarbij ziet de bewindsman meer heil in stimulerende maatregelen dan in nieuwe regels, die ook nog eens extra controle zullen vergen.
En hoe zit het op de boerenbedrijven zelf? Op 94 procent van de bedrijven is het mogelijk om koeien enige tijd te laten grazen, zo blijkt uit onderzoek dat Van Dam door specialisten van Wageningen UR heeft laten uitvoeren. Het percentage bedrijven dat de koeien in theorie minimaal 120 dagen per jaar minstens zes uur per dag de wei in kan doen, en daarmee in aanmerking komt voor de weidegangtoeslag van de zuivelindustrie op de melkprijs, ligt met 85 procent wat lager. Financieel aantrekkelijk is weiden op dit moment echter op nog minder bedrijven: 71 procent.