Minister bezoekt dienst gereformeerde gemeente Gouda
GOUDA. Minister A. G. van der Steur van Veiligheid en Justitie heeft zondagmorgen een kerkdienst bijgewoond van de gereformeerde gemeente in Gouda. Hij deed dat in zijn functie als minister van Eredienst. „Heel bijzonder om zo veel jonge mensen in een grote, volle kerk te zien”, zei de minister na afloop van de dienst.
Met zijn bezoek kwam Van der Steur een op 15 december 2015 in de Eerste Kamer gedane belofte na. Toen zegde hij, na aanmoediging van SGP-senator Van Dijk, toe een cyclus van bezoeken aan kerkgemeenschappen af te leggen. Van Dijk wees de minister op bondskanselier Merkel, die de Duitse bevolking uitdrukkelijk ertoe opriep om wat vaker naar de kerk te gaan en de Bijbel te lezen, om te kunnen staan voor de christelijke traditie en cultuur. „Het eerste bezoek dat ik zal afleggen, is aan de kerk van mijn secretaresse, de gereformeerde gemeente in Gouda”, kondigde Van der Steur aan.
De plaatselijke predikant, ds. G. Clements, preekte over het rechthuis van Pilatus. Centraal stond „het briefje van Claudia Procula”, de vrouw van Pilatus, waarop ze scheef: „Heb toch niet te doen met deze Rechtvaardige, want ik heb heden veel geleden in den droom om Zijnentwil.”
„Hoe waar deze boodschap ook klinkt, de eerste in het voordeel van Jezus, het is een levensgevaarlijke boodschap”, aldus ds. Clements in zijn preek. „De sympathieke, humane vrouw schreef: „Ik heb geleden om Zijnentwil”, maar ze had eigenlijk moeten schrijven: „Hij heeft veel geleden om mijnentwil.” Haar ogen zijn ten enemale gesloten voor Zijn Borgwerk. Ze raadt aan om Jezus te laten gaan. Maar wij moeten Hem niet laten gaan. Wij staan in een eerlijk proces tegenover God. Als onrechtvaardigen, die op duizend vragen niet één antwoord weten. Daarom heb ik een bijzondere brief voor u: het Woord van God. Daarin staat deze boodschap centraal: de Rechtvaardige is voor doodschuldigen de dood ingegaan. Kiest dan toch heden wie gij dienen zult.”
Ds. Clements reageerde later op het bezoek: „Het gaat niet om kerk of predikant, maar het is wel bijzonder dat een lid van onze landelijke overheid, waar we elke week voorbede voor doen, blijk geeft van zijn belangstelling. Wij hebben de minister de ”Bijbel met uitleg” en ”De Christenreis” meegegeven.”
De minister, „zelf christelijk opgevoed maar niet meer praktiserend”, was verwonderd over de volle kerk. „Er is een geheim waardoor het hier zo bruist en de kerk zo veel jonge actieve leden aan zich weet te binden. Dat is toch écht anders dan bij veel andere kerken. Ik had gezien de preek niet beter kunnen kiezen, want het onderwerp was op mijn beleidsterrein. Persoonlijk betekent zo’n preek een moment van reflectie op het leven, op de dingen die je doet. Een moment van rust ook.
Als minister van Eredienst hoop ik met regelmaat kerkdiensten te bezoeken. Ik ben als zodanig het aanspreekpunt van de geloofsgemeenschappen én de regering. Op die wijze heb ik deze dienst als heel waardevol ervaren.”