De gemeentelijke basisadministratie en de kerk, hoe zit het precies?
De Tweede Kamer was er deze week duidelijk over: de overheid mag niet langer informatie vanuit de gemeentelijke basisadministratie (GBA) doorgeven aan kerken en andere religieuze gemeenschappen. Het moest er een keer van komen, na eerdere moties in 2007 en 2013. Welke gevolgen heeft dit voor kerken?
Sinds 1994 houdt de Stichting Interkerkelijke Ledenadministratie (SILA) mutaties bij van leden van de Protestantse Kerk in Nederland, de Rooms-Katholieke Kerk, de Algemene Doopsgezinde Sociëteit, de Oud-Katholieke Kerk van Nederland, de Vrij-Katholieke Kerk in Nederland, de Nieuw-Apostolische Kerk en het Leger des Heils. In 1994 verdween de vermelding van kerkelijke gezindte uit het bevolkingsregister. Dat was een beslissing van de overheid, uit privacy-overwegingen. De regering vond het niet langer nodig bij te houden of burgers lid zijn van een kerkgenootschap en zo ja welk. Ter ondersteuning van de administraties van kerken werd de SILA opgericht. Verhuis- en overlijdensberichten van kerkleden komen sindsdien via de SILA naar de aangesloten kerken toe. Andersom geeft de stichting aan- en afmeldingen vanuit de kerken door aan de GBA. Tweerichtingsverkeer dus.
Dick Breekveldt is directeur van de SILA. Samen met twee anderen werkt hij parttime voor de stichting. „Er is veel geautomatiseerd. We verwerken per jaar ruim 1 miljoen mutaties voor zo’n 5,5 miljoen kerkleden. Hiervan zijn 800.000 rechtstreekse mutaties zoals verhuizingen en overlijdens die in de ledenadministraties moeten worden verwerkt. De overige mutaties hebben betrekking op aan- en afmeldingen.”
Het is overigens de vraag of minister Plasterk van Binnenlandse Zaken de motie die de Kamer deze week aannam daadwerkelijk gaat uitvoeren. Hij heeft eind vorig jaar in een overleg met de Tweede Kamer de motie ontraden.
Wat als de minister inderdaad besluit de uitwisseling te stoppen?
„Burgerlijke gemeenten kunnen dan alsnog gegevens verstrekken aan kerken en religieuze gemeenschappen, maar niet meer automatisch. Volgens de wet mag iedere burgerlijke gemeente gegevens verstrekken aan organisaties met een maatschappelijk belang.
Onze stichting houdt dan echter op te bestaan, denk ik. Of we in een andere vorm nog iets kunnen betekenen voor kerken moeten we met ons bestuur overleggen.”
Andere organisaties met een maatschappelijk belang, zoals pensioenfondsen en zorgverzekeraars, blijven wel informatie uit de GBA ontvangen. Is dat niet oneerlijk?
„Inderdaad. De kerk is óók een organisatie met een maatschappelijk belang. Denk aan al het vrijwilligerswerk dat vanuit kerken gedaan wordt en aan het diaconaat. De minister is zich daarvan bewust, zo blijkt uit zijn brief.”
Bent u met het ministerie in contact over deze zaak?
„We hebben regelmatig contact met de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RVIG), een orgaan van het ministerie. De SILA overlegt met het CIO (Interkerkelijk Contact in Overheidszaken) regelmatig met de RVIG. Het ministerie weet dus goed welke zaak wij dienen.”
Hebben kleinere reformatorische kerkverbanden weleens overwogen zich bij de SILA aan te sluiten?
„Toen wij in 1994 begonnen, hebben we deze kerken ook aangeschreven. Maar zij hebben een andere structuur, waardoor zij zelf al goed op de hoogte blijven van mutaties. De sociale controle is ook veel groter dan in grotere kerkverbanden als de Protestantse Kerk of de Rooms-Katholieke Kerk. In deze kerken bestaat het gevaar dat kerkleden snel uit beeld verdwijnen en dat niemand het opmerkt. Dat voorkwamen deze kerkverbanden door zich bij de SILA aan te sluiten.”
SILA als steun bij registratie kerkleden
Kerkelijke gemeenten in Nederland konden tot 1994 bij de burgerlijke gemeenten tegen een kleine vergoeding mutaties in de gegevens van hun kerkleden opvragen. Dat kan sindsdien niet meer. In aanloop naar het overheidsbesluit hiertoe werd al in 1988 de Stichting Interkerkelijke Ledenadministratie (SILA) opgericht, met als doel een verzameladministratie van kerkleden op te bouwen. De betrokken kerken ontwikkelden ook de zogeheten SILA-stip, die in de gemeentelijke basisadministratie (GBA) aangeeft dat iemand is opgenomen in de SILA-administratie. Bij de SILA is wél bekend tot welk kerkgenootschap iemand behoort. Zo kan de stichting wijzigingen doorgeven aan de desbetreffende kerk of gemeente.
Bij het opzetten van de SILA-administratie is destijds aan alle kerkleden deze oplossing uitgelegd en is iedereen in de gelegenheid gesteld bezwaar te maken tegen opname in de SILA-administratie. De SILA meldt zelf ook mutaties aan de burgerlijke gemeenten: de aanmelding van nieuwe kerkleden en uitschrijvingen. Voor deze mensen wordt respectievelijk een SILA-stip geplaatst of weggehaald. Die meldingen komen uit de deelnemende kerkgenootschappen en dus uiteindelijk van de betrokkenen zelf.
Het mutatieverkeer tussen de SILA en de kerken verloopt via de centrale bureaus van de deelnemende kerkgenootschappen. Elk deelnemend kerkgenootschap regelt zelf zijn eigen kerkledenadministratie.
>>sila.nl
Lees ook:
Artikel in RD 2 maart 2016, Kamer: Geen informatie GBA naar kerk
Artikel in RD 16 december 2016, Uitstel stemming SILA-motie
Artikel in RD 10 december 2015, D66, VVD en PvdA gaan „kerkje pesten”
Artikel in RD 9 december 2015, Kamer wil geen hulp overheid aan kerken