Ook de banken krijgen schoon genoeg van die steeds lagere rente
UITRECHT. Het lijkt erop alsof de financiële sector in Nederland in een gezamenlijk offensief de aanval heeft geopend op de politiek van de Europese Centrale Bank (ECB) van een almaar lagere rente. Gisteren uitte ook topman Wiebe Draijer van de Rabobank stevige kritiek.
„Het beleid moet veranderd worden”, benadrukte hij bij de presentatie van de jaarcijfers van het coöperatieve concern in Utrecht. De monetaire expansie heeft de afgelopen jaren volgens hem uitstekend gefunctioneerd, met een verzwakking van de euro tot gevolg en mede daardoor een vergroting van de economische groei. „Maar de vraag is of dat recept blijft werken”, voegde hij daaraan toe. Draijer wees erop dat drie belangrijke regio’s in de wereld, te weten de VS, Europa en Japan, allemaal dezelfde aanpak hanteren en dat de overmaat aan liquiditeit die dat meebrengt, instabiliteit creëert op de internationale financiële markten.
De rentemarge, het verschil tussen ontvangen en betaalde rente, bleef vorig jaar bij Rabo overigens op peil. Draijer waarschuwde echter dat dit zal veranderen als de huidige situatie voortduurt. Hij lichtte toe: „De munitie om nog iets aan de spaarrente te doen, raakt op. Er is een natuurlijke ondergrens aan die tarieven.” Hij acht een negatief percentage „in theorie” mogelijk, maar denkt niet dat het zover komt.
De banken zelf worden al wel met de ‘omgekeerde wereld’ geconfronteerd. Als zij overtollige kasmiddelen parkeren op een deposito in Frankfurt, ontvangen zij daarover geen vergoeding, maar moeten zij er geld op toegeven. Momenteel bedraagt deze intrestvoet min 0,3 procent. Mede onder invloed daarvan is de rente voor de klanten ver gedaald. Draijer vindt dat dit steeds moeilijker aan hen valt uit te leggen.
Een dag eerder liet zijn collega Gerrit Zalm van ABN AMRO een soortgelijk geluid horen. Hij betwijfelt of een verdere verlaging van de rente nog enig effect sorteert als het gaat om het aanjagen van investeringen en groei, waar het de ECB om begonnen is.
Zorgen werden gisteren ook verwoord door de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Consumenten kunnen nu meer lenen „dan op lange termijn verstandig is”, meent deze instantie. Bovendien bestaat het gevaar dat zij, om toch nog enig rendement te behalen, de toevlucht nemen tot risicovolle producten.
Pensioenfondsen en verzekeraars hebben eveneens veel last van de lage rente. Die leidt tot minder opbrengsten op de beleggingen van het toevertrouwde kapitaal, en dat betekent een geringere buffer waaruit zij de toekomstige uitkeringsverplichtingen moeten betalen.
De kans dat de oproepen aan het adres van de ECB gehoor vinden, is klein; al was het alleen al maar omdat die zijn onafhankelijkheid dient te bewaren. Op 10 maart zitten de monetaire bestuurders weer in Frankfurt met elkaar om de tafel. President Draghi heeft er na de vorige vergadering, enkele weken geleden, al op gezinspeeld dat dan verdere stimuleringsmaatregelen worden aangekondigd.