Kerk & religie

Stanley Hauerwas komt op voor kwetsbaar leven

KAMPEN. De kerk moet duidelijk verkondigen dat de mens geen schepper is van zijn eigen leven, vindt de Amerikaanse theoloog Stanley Hauerwas. „Dat betekent bewogenheid met het kwetsbare en gehandicapte leven. De neiging om het leven van oudere mensen te beëindigen, is een moderne ”killer”, en dat onder het mom van compassie.”

Van onze verslaggever
13 February 2016 10:02Gewijzigd op 16 November 2020 01:26
KAMPEN. De Amerikaanse theoloog was vrijdag in Kampen te gast op een conferentie waar verschillende theologen reflecteerden op zijn werk. beeld Maarten Boersema
KAMPEN. De Amerikaanse theoloog was vrijdag in Kampen te gast op een conferentie waar verschillende theologen reflecteerden op zijn werk. beeld Maarten Boersema

Scherpe woorden van Hauerwas tijdens een drukbezochte conferentie over zijn werk, vrijdag in Kampen. De 75-jarige theoloog, die zich omschreef als een „hoogkerkelijke mennoniet”, vertelde tijdens een interview met dr. Hans Schaeffer over zijn betrokkenheid bij het gehandicapte leven. Dat deelt hij met zijn bevriende collega prof. dr. Hans Reinders, die vrijdag afscheid nam van de Vrije Universiteit in Amsterdam.

„De ander is een uitdaging voor je leven, vooral wanneer hij zich toont in zijn kwetsbaarheid”, aldus Hauerwas. „Het christendom onderstreept de betekenis van het leven, maar verbindt dit ook direct met de dood. De dood maakt het leven kostbaar, maar is tegelijkertijd ook een vijand, omdat we onze geliefden en vrienden moeten missen.”

Radicaal

Is Hauerwas een radicaal theoloog? „Ik vertrouw niemand die van zichzelf zegt dat hij radicaal is”, aldus een altijd weer onvoorspelbare Hauerwas. „Ik leg de nadruk op discipelschap, het volgeling-zijn van Christus. Dat zeker, maar ik presenteer me niet als radicaal en onderscheidend. De praktijk is echter dat dit wel zo uitwerkt.”

Prof. dr. Herman Paul (Groningen) merkte op dat de term secularisatie niet prominent aanwezig is in het werk van Hauerwas, terwijl de hoofdmoot ervan er toch tegen gericht is. Hauerwas ziet dat de secu­larisatie zich vooral „vermomt” in een kerk die –bewust of onbewust– relevant en up-to-date wil zijn. De ironie van Hauerwas is dat hij zijn antwoord op de uitdaging van de secularisatie juist in wereldlijke termen beschrijft, aldus prof. Paul. De hoogleraar mist het duidelijk spreken over God, in gebed en lofprijzing, wat nodig is om „onze seculiere comfortzones” uit te dagen.

Overtuigde discipelen

Prof. dr. Ad de Bruijne (Kampen) stelde dat Hauerwas ervoor heeft gezorgd dat wetenschappers afstand namen van liberale opvattingen. Theologen ontdekten dat universele christelijke principes niet meer werkten in een postchristelijke samenleving. Het accent kwam te liggen op de kerk als alternatieve gemeenschap van overtuigde discipelen.

Hauerwas beïnvloedde een jonge generatie van neocalvinisten met zijn „geflirt” met de anabaptisten, en wel op het punt van de antithese tussen kerk en wereld en angst voor de verbinding van kerk en staat. „Hauerwas bracht een nieuwe generatie van gereformeerde christenen weer thuis in hun traditie, zonder dat ze dat wisten.”

Theoloog dr. Ariaan Baan leerde veel van Hauerwas als voorganger van een protestantse gemeente in het Groningse Zoutkamp. „We hebben de zaken niet onder controle”, een uitspraak van Hauerwas, gaf hem moed om door te gaan in een situatie van kerkelijke afkalving in het noorden. „Dat de kerk overleeft, is niet het gevolg van onze inzet, technieken en modellen, maar een zaak van vertrouwen waarin we werkelijk alles uit handen geven.”

Prof. dr. Henk Bakker, hoog­leraar baptisme aan de Vrije Universiteit, voerde tegenover Hauer­was’ neiging tot isolement een pleidooi om als kerk vuile handen te maken in de wereld. Hij verwacht veel van Hauerwas’ visie op een „ongetemde” Geest, Die verrassende dingen doet.

„Jullie kennen mij beter dan ik”, antwoordde Hauerwas de sprekers schertsend. „Dat komt omdat mijn werk zo uiteengespat is. Het is vreselijk voor Nederlandse theologen omdat er geen systematisch principe in zit, en dat laatste maakt me zo gelukkig”, zei hij onder luid gelach. Toch: „Alles heeft alles met elkaar te maken.”

Het expliciet spreken over God is nodig, zei hij tegen prof. Paul. „Maar wees voorzichtig dat je niet te veel van God denkt te weten. Ons kennen moet gedisciplineerd worden door het gebed, door de vraag hóé we ons eigenlijk tot God moeten richten.”

Zie ook Puntkomma pag. 2.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer