Commentaar: Positief dat gemeente Rotterdam herinnering aan kerkelijk leven wil bewaren
De monumentale status van de voormalige Mathenesserkerk in Rotterdam houdt de bouw van een nieuwe moskee voorlopig tegen. De Stichting Moskee An-Nasr voor Marokkanen is daar bepaald niet blij mee.
De stichting is een juridisch gevecht aangegaan met de gemeente Rotterdam. Na een eerdere nederlaag deed het moskeebestuur een tweede poging bij de Raad van State om de blokkade weg te krijgen. De rechter wil nu dat de twee partijen rond de tafel gaan om samen een oplossing te bedenken. Lukt dat niet, dan zal de Raad van State een uitspraak doen.
De Marokkaanse moslimgemeenschap in de Maasstad gebruikt de Mathenesserkerk sinds 1983. Volgens de eigenaar is het gebouw te klein. De stichting wil daarom de voormalige kerk afbreken en op die plek een megamoskee bouwen. Het nieuwe gebedshuis moet plaats bieden aan 5000 mensen. Deze nieuwe moskee zou daardoor groter zijn dan de Essalammoskee in de Rotterdamse wijk Feijenoord – dicht bij het voetbalstadion.
De gemeente Rotterdam vindt dat de buitenkant van de voormalige kerk bewaard moet blijven, omdat deze zowel cultuurhistorische als architectonische waarde heeft. De Mathenesserkerk werd in 1931 gebouwd door de architecten Meischke en Schmidt en geldt als voorbeeld van de kubistisch-expressionistische stijl, die in de jaren dertig populair was.
Maar daarnaast vindt de gemeenteraad dat dit gebouw waarde heeft „als bijzondere uitdrukking van een geestelijke ontwikkeling, in casu het bewustzijn en klimaat van de Nederlands hervormde kerkstroming in Delfshaven.” Om die herinnering levend te houden, moet de buitenkant van het gebouw intact blijven. Wat de moslims achter de voordeur doen, laat de gemeente over aan het moskeebestuur.
Veel kerkelijk betrokken (oud-)Rotterdammers zullen het positief duiden dat het gemeentebestuur de kerk wil behouden. En dat is het ook. Na de sloop van tientallen kerken in Rotterdam is het goed dat er in die stad hier en daar nog herinneringen zijn aan een tijd dat de kerken bomvol zaten.
Tegelijk is het een triest feit dat kerken hebben plaatsgemaakt voor moskeeën of –soms– handelshuizen of winkels. Ruim een halve eeuw geleden zat de Mathenesserkerk afgeladen vol. Zelfs zo dat de hervormde ds. H. G. Abma halverwege de dienst een psalmversje opgaf, zodat de bezoekers die stonden, konden wisselen met degenen die zaten. En binnen goed tien jaar liep de kerk tussen 1965 en 1975 totaal leeg. De zondagse prediking verstomde en de Bijbel werd gesloten. In plaats daarvan kwam de vrijdagse gebedsoproep. Daar waar ooit de levende God werd gediend, wordt nu de naam van Allah aangeroepen.
De godsdienstige ontwikkeling van Rotterdam is een veeg teken. Ooit stond de stad bekend als een plaats met veel kerken. Nu maakt de moslimgemeenschap er een kwart van de totale bevolking uit.
En wat doen de christenen? In de handen wrijven omdat het gemeentebestuur het voor een gebouw van hout en steen opneemt, of de handen vouwen zodat de Bijbel weer meer bekend raakt in de Maasstad?