„PKN moet protesteren tegen The Passion”
Het platform Appèl Kerk en Israël roept de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) op om openlijk afstand te nemen van „de antisemitistische Mel Gibson-film The Passion of the Christ.” Erg waarschijnlijk dat de PKN dit zal doen, is het echter niet, zo blijkt uit de reactie van synodepreses ds. J. G. Heetderks.
„In vele beleidsverklaringen zegt men af te willen rekenen met het anti-Joodse verleden van de kerk”, aldus het platform in een persbericht. „In een persbericht van de SoW-kerken op 24 april 2000 wordt gesteld dat „het stempel van antisemitisme niet voor altijd op ons gedrukt hoeft te blijven, als we bereid zijn de weg van omkeer te betreden. Die weg houdt onder andere in bewustwording van de anti-Joodse traditie, bereidheid die te overwinnen en bereidheid om te strijden tegen de Jodenhaat van vandaag. Dat is niet alleen onze plicht tegenover de Joden, maar het geeft ook een mogelijkheid tot bevrijding van onszelf.” Op grond van deze mooie woorden mogen we verwachten dat het nu tot daden komt en dat de PKN luid en duidelijk protest aantekent tegen een film die opnieuw een hele generatie zal vergiftigen met de oude leugen dat „de Joden” Jezus vermoord hebben. Dit protest, waarin veel Joden en christenen uit Amerika en Duitsland ons reeds voorgingen, kan alleen maar geloofwaardig klinken, wanneer niet tegelijkertijd een deel van de kerk hier (het platform noemt dan het Evangelisch Werkverband, dat zich inzet voor „geestelijke vernieuwing” binnen de PKN; red.) het beleid ondermijnt door met de film te gaan evangeliseren. Hoe kan de christelijke identiteit versterkt worden door een antisemitistische film? Juist in een tijd waarin dit gevaarlijke fenomeen weer de kop opsteekt, mag van kerken verwacht worden dat ze de tekens verstaan en het kwaad bij de naam durven noemen.”
Het Appèl Kerk en Israël werd ruim een jaar geleden opgericht door oud-leden van de sectie Kerk en Israël binnen de Samen op Weg-kerken, met als doel „om stem te geven aan de kerkelijke opdracht tot onopgeefbare verbondenheid.” Ds. Marja van den Beld-Rijfkogel, lid van het platform, zag de voorvertoning van ”Het lijden van de Christus”. In het SoW-opiniemagazine Woord en Dienst van deze week wijdt zij er een vlammend artikel aan, onder de kop ”De perfide Mel Gibson-film”.
Dat de film vlak voor Goede Vrijdag uitkomt, is, schrijft ze, „uiteraard niet toevallig. De timing is bijna pervers te noemen. Eeuwenlang was die dag immers de aanleiding om Joden met grof geweld uit hun huizen te slepen en over de kling te jagen. Een lot dat ze met hun daad immers zelf over zich hadden uitgeroepen. Twee jaar geleden werd in de SoW-kerken de discussie gevoerd over het Beklag Gods aan het adres van de Joden. Op een emotionele bijeenkomst van het Overlegorgaan Joden en Christenen (OJEC) vroegen de aanwezige Joden met klem die beladen tekst niet meer te gebruiken in de liturgie van de Stille Week, omdat er te veel bloed aan kleeft. Deze film, die nu vlak voor Pasen uitkomt, geselt die tekst er weer met alle kracht in, maar nu met filmbeelden die zich voor altijd vast zullen zetten in ontelbare hoofden. Ook in jonge hoofden, een hele generatie opnieuw vergiftigd met deze anti-semitistische leugen.”
De vraag is nu, aldus ds. Van den Beld, „waar staat de PKN in deze zaak? Aan de kant van de EO en het Evangelisch Werkverband, die deze ’bijbelgetrouwe’ film willen promoten voor evangelisatiedoeleinden? Welk verminkt Evangelie moet hier worden overgebracht? (…) Waarom wordt het Evangelisch Werkverband niet openlijk teruggefloten in deze actie, die vierkant in strijd is met wat beleden wordt in art. I van de kerkorde? Waarom neemt de kerk niet luid en duidelijk afstand van deze zoveelste uiting van antisemitisme?”
Overigens: een van de argumenten van ds. Van den Beld tegen Gibsons film is dat de Bijbel niet weergeeft „hoe het echt gegaan is.” „Voor de naakte feiten moeten we niet bij de Bijbel zijn. De Bijbel is geen geschiedenisboek, geen ooggetuigenverslag.” Jezus was volgens de predikante „slechts een van de vele Joden die gruwelijk geleden hebben.”
Enkele weken geleden riep ook Woord & Dienst-columnist Kees Posthumus de PKN al op tot actie. „Staan Joden alleen in hun protest? Of staat de PKN aan hun zijde?”
Het is maar zeer de vraag of de PKN de film zal veroordelen. „Een aantal mensen van de dienstenorganisatie in Utrecht is inmiddels naar de voorvertoning geweest”, zegt synodepreses J. G. Heetderks. „Ik heb begrepen dat die nu bezig zijn een soort kijkwijzer te maken, met daarin wat vragen en opmerkingen over de film. Maar ik kan daar eigenlijk nog niet zo veel over zeggen. Het is in elk geval niet zo dat het een heel juichend stuk zal worden. Maar we zullen als kerk ook geen standpunt innemen, heb ik begrepen, zo van: Dit is goed, of dit is fout. Zeker, als Joodse vertegenwoordigers zich gekwetst voelen door deze film, moeten we dat heel serieus nemen. Absoluut. Zelf heb ik deze film niet gezien, kan hem dus ook moeilijk beoordelen. Ik wacht daarom liever even met een reactie.”