Rechter schetst beeld brute Utrechtse serieverkrachter
UTRECHT (ANP). Zijn slachtoffers benaderde hij in het donker, terwijl ze op de fiets zaten. Hij greep ze vanachter beet, soms bij de haren, en dwong ze af te stappen en met hem mee te komen. Op een afgezonderde plek - een weiland, een bos, in een geval vastgebonden aan een boom - misbruikte hij ze oraal, vaginaal en anaal.
Dat beeld schetste de voorzitter van de rechtbank in Utrecht maandag bij het begin van het proces tegen Gerard T. (53), de man die ervan verdacht wordt dat hij de Utrechtse serieverkrachter is. Hij wordt vervolgd voor de verkrachting van vier jonge vrouwen, twee van zestien, een van 27 en een van 28, in 1995 en 2001. In achttien andere gevallen is er onvoldoende bewijs voor een vervolging.
Bij een van de drie vrouwen gebruikte hij ook het handvat van een fietspomp. Een van de slachtoffers liet hij na afloop met tiewraps vastgebonden aan een boom vast. Het was een avond in oktober, ze werd pas vier uur later gevonden.
„Toen ik thuis kwam gooide ik mijn slip en bh meteen in de prullenbak en ben ik gaan douchen, ik heb mezelf helemaal schoongeboend. Ik gebruikte heel veel shampoo en heel veel tandpasta”, las de rechter voor uit een van de slachtofferverklaringen.
In 1995 kwam T. voor het eerst in beeld. Twee mensen meldden bij de politie dat ze hem hadden herkend van zijn compositietekening. Hij is toen gehoord, maar hij kon weer gaan. In 2002 werd hem gevraagd vrijwillig DNA af te staan in de zaak, maar dat deed hij niet.
Na een veroordeling voor fietsdiefstal in 2014 moest hij verplicht DNA afstaan, waarna er een match volgde met DNA uit drie van de ten laste gelegde zaken. In de zomer van 2014 werd hij opgepakt en sindsdien zit hij vast.
T. heeft zich tot nog toe altijd beroepen op zijn zwijgrecht. In een opgenomen gesprek in het huis van bewaring heeft hij wel tegen zijn vrouw gezegd dat hij „wou laten zien dat hij veel spijt heeft van de dingen die ze zeggen die hij gedaan heeft”. Over de zaak zelf mocht hij niet praten van zijn advocaat, zei hij.