Kerk & religie

Kenmerken

2 Korinthe 5:17

Dionysius Bouwman
15 January 2016 09:20Gewijzigd op 16 November 2020 00:41

„Zo dan, indien iemand in Christus is, die is een nieuw schepsel; het oude is voorbijgegaan, zie, het is alles nieuw geworden.”

„Hoe kun je weten of je vernieuwd bent?” zo vraagt u misschien. Wij antwoorden: zo’n verandering als deze vernieuwing geeft, is al te groot dan dat een opmerkende ziel die niet zou kunnen weten. Bedenk maar eens: bij zo’n vernieuwing is altijd een pijnlijk gevoel over de zonde. De oude natuur wordt niet verbroken zonder smart. Hier komt bij een leven in Christus, zodat het verstand, de wereld en de gedachten tot God worden gekeerd. Daarbij zoekt men zeker geestelijk voedsel om de oude natuur te verbreken en de nieuwe gestalte te sterken. Men kiest dan een nieuw gezelschap, zodat men vernieuwde mensen tot de voorwerpen van zijn liefde boven alle anderen kiest. Kortom, dan wandelt men in alles gedurig in nieuwigheid des levens.

Denk er dan aan: u, die nog in uw natuurlijke staat leeft, u moet veranderd en nieuwe schepselen worden. Anders kunt u niet in het Koninkrijk Gods ingaan. Die vernieuwing is nu nodig, in deze tijd. Dat moet nu, in deze tijd. Anders bent u voor eeuwig verloren. Bent u daar weleens over bekommerd? Hebt u uw oude leven daartoe al te lief? Is er bij u geen blijvende zucht om een nieuw schepsel te worden? Als u die bekommerdheid niet gevoelt, weet dan dat u nog onder de vloek leeft. Daarom: bekeert u!

Dionysius Bouwman,
ziekenbezoeker te IJsselstein

(”De werkzaamheden van Gods gunstgenoten”, 1728)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer