Nederland heeft maar twee grote netwerken voor consumenten om te internetten, tv-kijken en bellen: het kabelnetwerk van Ziggo en het koper- en glasvezelnetwerk van KPN. ACM vindt dat er meer aanbieders moeten zijn en probeert door middel van regels een gezonde concurrentie te waarborgen.

Eerder dit jaar was de Europese Commissie nog kritisch over het ontwerpbesluit van de toezichthouder. De ACM heeft de onderbouwing van het besluit daarom nog enigszins aangepast. Inmiddels is Brussel wel akkoord. Partijen kunnen nog wel tegen het besluit in beroep.

Volgens KPN heeft het besluit geen gevolgen. Het telecombedrijf heeft zelf al met andere marktpartijen deals gesloten om hun toegang te verschaffen tot het netwerk en is van plan dat te blijven doen.

„KPN’s bezwaren tegen het besluit staan echter recht overeind”, zei een woordvoerster van KPN donderdag. „Het is moeilijk te begrijpen dat ACM nog reguleert in een situatie dat er, ook volgens ACM, concurrentie is op de retailmarkten voor breedband internet, telefonie en televisie.”

ACM vindt toegang tot het netwerk van KPN voldoende om concurrentie mogelijk te maken. Op het netwerk van concurrent Ziggo is het op dit moment om technische redenen nog maar heel beperkt mogelijk voor andere aanbieders om hun eigen producten aan te bieden. KPN is volgens de toezichthouder ook sterker dan Ziggo door zijn positie op de zakelijke markt.